De volgende grafiek geeft de terugval weer voor een bundel van 3 soorten chirurgische activiteiten: essentiële, niet-essentiële en gemengd essentiële verstrekkingen. Er wordt nagegaan hoeveel activiteit overeind blijft ten aanzien van de hypothetische situatie waarin er geen COVID-19-crisis zou zijn geweest. Het gaat hier om een schatting voor een doorsnee verstrekking uit de verschillende groepen (essentieel, niet-essentieel en gemengd) en voor een doorsnee ziekenhuis. De gekleurde zones geven de betrouwbaarheidsgrenzen weer.
(Voor een bespreking van de gebruikte methode, zie de bijlage van het eerste rapport in verband met COVID-19.)
In 2020 is de terugval inzake chirurgische verstrekkingen in de eerste twee COVID-19 golven zeer opvallend. Het percentage reguliere zorg dat nog behouden bleef was erg beperkt.
Voor 2021 is het beeld veel minder uitgesproken, met in 7 van de 12 maanden een relatief beperkte terugval in verstrekkingen. De tussentijdse inhaalbewegingen zijn meer uitgesproken.
Voor 2022 is de impact van golf 5 terug groter dan in golf 3 en 4 en is de inhaalbeweging tussen golf 5 en 6 beperkter dan de vorige.
De terugval van zorg tijdens de COVID-19-crisis kan aanleiding geven tot een belangrijke medische achterstand. Op vraag van het HTSC comité werd getracht een inschatting te maken van de opgebouwde ‘zorgachterstanden’. Met ‘zorgachterstand’ wordt het aantal medische verstrekkingen bedoeld dat niet werd uitgevoerd ten opzichte van de jaren voor de COVID-19 crisis, zijnde 2018 en 2019. Niet alle weggevallen verstrekkingen moeten ingehaald worden; zo zal een daling in beroertes, hartinfarcten, breuken,… bijvoorbeeld niet ingehaald moeten worden, net zo min als een deel van de verstrekkingen die we te vaak doen in België (‘overconsumptie’). Tot slot is er ook een oversterfte door COVID-19 waardoor zorg wegvalt. Anderzijds zijn er ook nieuwe zorgbehoeften zoals de behandeling van patiënten met ‘long-COVID’(Chen e.a. 2022), langer durende zorg ten gevolge het werken met isolatieprocedures en mogelijks extra complicaties door langere wachttijden voor bijv. transplantaties. Om artsen en beleidsmakers inzage te geven in welke mate een inhaalbeweging nodig is, worden de ’achterstandscurves’ in dit rapport tot op het niveau van elke geanalyseerde verstrekking weergegeven.
Er is voor verschillende subartikels uit artikel 14 (chirurgische verstrekkingen) geraamd1 hoeveel deze achterstand bedraagt. Deze wordt uitgedrukt als een percentage van het aantal uitgevoerde verstrekkingen die men op jaarbasis kan verwachten en in de veronderstelling dat er geen COVID-19 crisis zou geweest zijn. De onzekerheidsmarge van de raming wordt weergegeven door het gekleurde gebied rond de trendlijn.
De top 10 inzake aangerekende verstrekkingen (gehospitaliseerd en ambulant) per subartikel is geselecteerd. Indien het verstrekkingen betrof die gezamenlijk met andere verstrekkingen kunnen aangerekend worden, zijn deze niet in aanmerking genomen en is de eerstvolgende (top 11) genomen. Dit is gebeurd om dubbeltellingen te mijden, doch dit kan wel een lichte onderschatting geven.
Voor de meeste disciplines lag het gecumuleerde aantal niet uitgevoerde zorgverstrekkingen in mei 2022 tussen de 12 en de 24% van hun normale ’jaarproductie’. Dit aantal bleef op een hoog niveau en vertoonde weinig tot geen kentering. Het was het meest opvallend voor de bloedvatenheelkunde (37%) en de neus,-keel-, oorheelkunde (ORL 50%). Men zag een vrij gelijkaardig beeld in de Nederlandse monitor toegankelijkheid van zorg van februari 20222. Het laagste aantal niet uitgevoerde verstrekkingen vertoonde de thoracale heelkunde met 10%, wat wel 2%punt meer is dan het vorige rapport.
De volgende grafieken geven het gecumuleerd percentage aan niet uitgevoerde zorgverstrekkingen weer ten opzichte van onze projecties en dit op jaarbasis. Dit sinds de start van de pandemie in België (vanaf maart 2020) en voor de top 10 verstrekkingen, van de sub-artikels uit artikel 14 van de nomenclatuur. De percentages werden afgerond tot op gehele cijfers, het betreft immers ramingen. Naast de titel van elk subartikel is ook het totaal aantal uitgevoerde verstrekkingen in 2019 vermeld (bv.: 10k = 10.000 verstrekkingen). Rechts staat de kans dat een patiënt na de ingreep op een ICU bed terecht komt op basis van historische data (dieprood = 100%).
Hierna wordt aangegeven welke punten onze aandacht trokken. Om finale conclusies te trekken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van ’Evidence Based Medicine’ richtlijnen het beleid adviseren.
Per maand en per (groep van) verstrekking(en) wordt cumulatief het verschil opgeteld van hoeveel verstrekkingen er zijn uitgevoerd en hoeveel men er zou verwachtingen op basis van de referentiejaren 2018 en 2019. Formeel kan deze berekening als volgt worden gemaakt: \[\% achterstand\ at\ t_m = 1-\frac{\sum_{m-11}^mObs}{\sum_{m-11}^mExp}\] \(\sum_{m-11}^mObs\) is het cumulatief aantal geobserveerde verstrekking gedurende één jaar tot en met maand \(m\). De curves worden gestart bij m = maart 2020. \(\sum_{m-11}^mExp\) is het equivalent aantal verwachte verstrekkingen op jaarbasis, gesteld dat er geen Covid-crisis zou zijn geweest. Deze breuk geeft dus het procentueel deel weer van de verstrekkingen die zijn uitgevoerd, het complement hiervan drukt het procentuele aandeel van de verstrekking op jaarbasis uit die niet zijn uitgevoerd (= achterstand).
De volle lijn in de grafieken drukt deze geschatte achterstand uit en is vergezeld van een onzekerheidsinterval. Dit interval is afhankelijk van een drietal bronnen van onzekerheid:
Hieronder zijn de detailgegevens per verstrekking weergegeven (klik op blauwe titel voor detailgrafieken per art. 14 subcategorie). Curves die groen kleuren, hebben een zeer kleine of onbestaande impact op de IC-afdeling. Naarmate de kleur van de curve meer naar rood opschuift, heeft een patiënt die met deze verstrekking is behandeld een hogere kans om op de IC-afdeling te belanden.
Onder de grafiek staan de details van de gebruikte nomenclatuurcodes.
DECOMPRESS.TREP. | 230355-230366 | Trepanatie, decompressieve, of voor draineren |
EX.EXP.LETSEL/MEDULL | 232750-232761 | Exerese van expansief letsel dat de medullaire scheden overwoekert, onder operatiemicroscoop |
GR.TREP.EXTRACERBR.H | 230414-230425 | Volledige heelkundige behandeling van een of meer extracerebrale intracraniële hematomen langs groot trepanatieluik |
INTR.FASC.NEUROLYSE | 230252-230263 | Intrafasciculaire neurolyse onder operatiemicroscoop, behalve voor het vrijmaken van handwortelkanaal |
INW.DRAIN.HYDROMYELI | 230591-230602 | Ingreep voor inwendig draineren van hydrocefalie, van hydromyelie of van syringomyelie |
LAMINARECTOMIE/NARRO | 232794-232805 | Lumbale laminarthrectomie van meer dan twee niveaus wegens compressie van cauda equina ten gevolge van congenitale vernauwing ( Syndroom van Verbiest ) of verworven vernauwing van het ruggemergkanaal |
OP.EXPANS.BRUGHOEKLE | 231033-231044 | Heelkundige bewerking voor expansieve brughoekletsels of infratentoriele intracraniële expansieve processus |
PL.EL.RUGGENMERGSTIM | 232492-232503 | Percutaan of heelkundig (her) plaatsen van één of twee meerpolige electrode(n) in de epidurale ruimte voor ruggenmergstimulatie |
SUPRATENT.TU.INTRACR | 230473-230484 | Heelkundige bewerking langs trepanatieluik wegens supratentoriële intracraniële expansieve processus |
TREP.INTRACR.HEMATOM | 230392-230403 | Volledige heelkundige behandeling van een of meer extracerebrale intracraniële hematomen door eenvoudige trepanatie (breder gemaakt met holle beitel of trepaankroon), ongeacht het aantal trepaangaten |
BIL.OORCORR. | 253573-253584 | Correctie heelkunde op het oor (twee oren) |
HUID.F-C.FLAP.HF | 250176-250180 | Huid- of fascio-cutane flap, hoofdbewerking |
REC.CH:BORSTIMP/EXPA | 252593-252604 | Borstreconstructie door implantatie van een borstimplantaat of een borstweefselexpander |
RED.BORSPL.HYPERTROF | 251613-251624 | Reducerende borstplastie wegens borsthypertrofie die functionele hinder veroorzaakt |
SPERICH+SPER.COR.NT | 253256-253260 | Subperichondrale en subperiostale correctie van het neustussenschot |
SPIERHUIDLAP | 251893-251904 | Spierhuidlap |
SPIERLAP HFDB | 251856-251860 | Spierlap, hoofdbewerking |
VERW.GEZW.PLAST/GREF | 251731-251742 | Verwijderen van een gezwel van de huid of de slijmvliezen of ander letsel rechtstreeks toegankelijk door excisie met plastie en/of greffe |
VERW.KW.GEZW+WOND | 251775-251786 | Verwijderen van een kwaadaardig gezwel van de huid of de slijmvliezen volgens een micrografische heelkundige techniek met peroperatieve pathologische anatomie, en met sluiten van de wonden, een eventuele ent en/of plastie inbegrepen |
APPENDICECTOMIE | 243154-243165 | Appendectomie in de koude of in het acute stadium met of zonder perforatie |
CHOLECYSTECT. | 242454-242465 | Cholecystectomie |
CHOLECYSTECT+CHOLANG | 242476-242480 | Cholecystectomie met peroperatoire cholangiografie |
HEMICOLECT. | 243051-243062 | Hemicolectomie rechts of links of segmentaire colonresectie of sigmoïdresectie of partïele rectumresectie met herstel van de continuïteit |
HEMORR.RAD.TH. | 244554-244565 | Radicale behandeling van hemorrhoïden, die resectie, onderbinden van de pediculi en neerhalen van het slijmvlies omvat, ongeacht de aangewende techniek |
HLK.BEH.INC.BUIKWHER | 241931-241942 | Heelkundige behandeling van een incisionele buikwandhernia (inclusief recidief na behandeling van een primaire buikwandhernia en parastomale hernias) |
HLK.BEH.PRIM.BUIKWHE | 241916-241920 | Heelkundige behandeling van een primaire buikwandhernia (inclusief navelbreuk, epigastrische hernia, Spigheliaanse hernia of lumbale hernia) |
HLK.BH.BILAT.HERNIA | 241894-241905 | Heelkundige behandeling van een bilaterale inguinale, femorale of obturatorhernia |
HLK.BH.EENZ.HERNIA | 241872-241883 | Heelkundige behandeling van een eenzijdige inguinale, femorale of obturatorhernia |
SCOPINARO GASTR.BYP | 241835-241846 | Reducerende gastroplastie met bileopancreatische of gastro-jejunale diversie (Scopinaro, gastric bypass, duodenal switch) (ter behandeling van obesitas) |
BRES+RESSCHWLKL~OND | 227791-227802 | Borstsparende volledige resectie van een bewezen kwaadaardig borstletsel met macroscopisch voldoende veiligheidsmarge, en resectie van schildwachtlymfeklier, met peroperatoir anatomo-pathologisch onderzoek van de schildwachtlymfeklier |
BSPA.RES+RES.SCHWLKL | 227776-227780 | Borstsparende volledige resectie van een bewezen kwaadaardig borstletsel met macroscopisch voldoende veiligheidsmarge, en resectie van schildwachtlymfeklier |
CORON.BYPASS | 229574-229585 | Myocardrevascularisatie door anastomose met behulp van de arteria mammaria interna, met aanwending van de twee arteriae mammariae internae of implantatie van de arteria mammaria interna in de vorm van sequentiële overbruggingen |
CORON.BYPASS | 229574-229585 | Myocardrevascularisatie door anastomose met behulp van de arteria mammaria interna, met aanwending van de twee arteriae mammariae internae of implantatie van de arteria mammaria interna in de vorm van sequentiële overbruggingen |
EXPL.TH.TOMIE+BIOP | 227452-227463 | Exploratieve thoracotomie of thoracoscopie, inclusief long- of lymfknoopbiopsie |
KUNSTKLEP+EXTRCORP | 229515-229526 | Operatie op het hart of op de grote intrathoracale bloedvaten die het plaatsen omvat van meer dan een kunstklep of van een valvulair homogreffe of van één kunstklep en een myocard-revascularisatie, met extra-corporele circulatie |
LONGEXERESE | 227216-227220 | Uitgebreide totale of gedeeltelijke longexerese met klierevidement voor oncologische aandoening |
MASTECT~OKS.UITR | 227695-227706 | Verwijderen van de volledige borstklier (mastectomie) voor kwaadaardige tumor met okseluitruiming |
MYOCARDREVA SCULAR | 229611-229622 | Myocardrevascularisatie uitgevoerd met een slagaderent (mammaria, gastroepiploica of geëxplanteerde slagader) inbegrepen de eventuele geassocieerde veneuze bypass(en) |
OP.HART+EX.CORP.CIRC | 229596-229600 | Operatie op het hart of op de grote intrathoracale bloedvaten die de plastiek of het plaatsen van een kunstklep omvat, met extracorporele circulatie |
PLEUROTOMIE | 227496-227500 | Pleurotomie (één of meer drains) |
AV FISTELER | 235174-235185 | Aanleggen van een rechtstreekse arterioveneuze fistel of van een onrechtstreekse arterioveneuze fistel (shunt type Scribner) met het oog op hemodialyse |
BIL.RES.STAMVARICE | 238276-238280 | Volledige bilaterale resectie van een stamvaricositas van de vena saphena interna en/of externa |
EMBOLECT.A.LEDEM/HAL | 235130-235141 | Embolectomie of thrombectomie langs de slagaders van de ledematen of van de hals (catheter van Fogarty niet begrepen in het honorarium) |
ONDERB.+3VARICES | 238114-238125 | Onderbinden, fulguratie (vein eraser) of trapsgewijze resecties van meer dan drie variqueuze aders |
RESCT.BOOG+1V.SAPH. | 238210-238221 | Resectie van de boog van de vena saphena interna en totale exeresis van beide venae saphenae |
RESCT.BOOG+ONDERB.VA | 238195-238206 | Resectie van de boog van de vena saphena interna, plus onderbinden, fulguratie (vein eraser) of trapsgewijze resecties van de variqueuze aders |
RESCTIE+EXE 1SAPH | 238173-238184 | Resectie van de boog van de vena saphena interna en totale exeresis van één van beide venae saphenae |
REVASC.A.CAROT/VERTE | 235071-235082 | Revascularisatie van de arteria carotis of vertebralis door endarteriëctomie, endoaneurysmorrhafie, pontage of resectie met enten of anastomose |
REVASC.LEDEM. | 235093-235104 | Revascularisatie van een slagader van de ledematen door endarteriëctomie, endoaneurysmorrhafie, pontage of resectie met enten of anastomose |
TOT.AFBIND.V.PERFOR | 238291-238302 | Totaal subfasciaal afbinden van de venae perforantes van het onderste lidmaat |
1/2Z.SAL/OVA/ADN.ECT | 432633-432644 | Eenzijdige of tweezijdige salpingectomie of ovariëctomie of adnexectomie met pathologisch-anatomische bevestiging |
CONISATIE CERVIX | 432294-432305 | Conisatie van de baarmoederhals met anatomopathologische bevestiging |
FOLLIKELASPIRATIE | 432434-432445 | Follikelaspiratie door punctie onder echografische controle of door laparoscopie |
HK.BEH.URIN.INCONT | 432751-432762 | Heelkundige behandeling van urine-incontinentie door het transvaginaal aanbrengen van een suburethrale band in synthetisch materiaal, inclusief eventuele cystoscopie |
KYSTECT+/~EIST.PLAS | 432596-432600 | Kystectomie van de eierstokken met of zonder eierstokplastiek met pathologisch-anatomische bevestiging |
LAPAROSC.HYSTERECT | 432736-432740 | Totale hysterectomie langs laparoscopische weg, met anatomopathologische bevestiging |
RESECT.ENDOMETRIUM | 432456-432460 | Volledige resectie van het endometrium, inclusief de hysteroscopie en de curettage |
THER.HYSTEROSC.@ | 432412-432423 | Therapeutische hysteroscopie voor exeresis van een poliep of voor myomectomie of voor resectie van intra-uteriene synechieën of voor catheterisatie van de tubaire opening |
TOT.HYSTERECT./VAG | 431314-431325 | Totale hysterectomie, langs vaginale weg, inclusief de colporrafie vooraan en/of de eventuele colpoperineorrafie achteraan |
TOT.HYSTERECTOM/ABD | 431270-431281 | Totale hysterectomie, langs abdominale weg |
CHIR.ENTROPION. | 245851-245862 | Entropium of ectropium : (heelkundige behandeling) |
DERMATOCHAL.B.LID | 245733-245744 | Plastie voor dermatochalasis van het bovenste ooglid, per ooglid |
DERMATOCHAL.B.LID | 245733-245744 | Plastie voor dermatochalasis van het bovenste ooglid, per ooglid |
EXTRACAPSUL.EXTRACT | 246912-246923 | Extracapsulaire extractie van de ooglens door ultrasonore fragmentering, laser of andere vergelijkbare methode, inclusief het eventuele inplanten van een lens |
INTAVITREALE.INJ | 248334-248345 | Intavitreale injectie uitgevoerd in strict aseptische omstandigheden |
OOGLENSIMPL. | 246610-246621 | Inplanten of opnieuw inplanten van een intra-oculaire lens in een andere operatietijd van de extractie van de ooglens |
OP.GLAUCOOM | 246573-246584 | Heelkundige bewerking wegens glaucoom |
PTOSISOP. | 245814-245825 | Behandeling van ptosis, of behandeling van retractie van het ooglid, of herstel van het ooglid na een facialisparalyse, per ooglid |
RES.1/+OOGSPIEREN | 247575-247586 | Ingreep wegens strabisme of nystagmus door recessie of resectie van één of meerdere oogspieren (per oog) |
TRAANWSTOMIE/NEUS | 245055-245066 | Dacryocystorhinostomie of lacodacryostomie |
VITRECTOM. | 246654-246665 | Transparsplana vitrectomie |
AMYGDALECT+DISSECT. | 257390-257401 | Amygdalectomie door dissectie |
BIL.NEUSSCHELPRES. | 255894-255905 | Resectie van neusschelp of neusschelpstaart of neusschelpplastie, tweezijdige |
BIL.PART/TOT.THYROID | 257036-257040 | Totale of subtotale tweezijdige thyreoïdectomie met dissectie van de nervi laryngei recurrentes en de bijschildklieren |
HK.BEH.2 SINUSSEN | 254833-254844 | Volledige eenzijdige heelkundige behandeling van inflammatoire pathologie van twee sinussen |
HK.BEH.3OF4.SINUSSEN | 254855-254866 | Volledige eenzijdige heelkundige behandeling van inflammatoire pathologie van drie of vier sinussen |
INSN.ADENOPHLEG.BUCC | 256830-256841 | Insnijden en draineren van adenophlegmone van buccale oorsprong |
MICROSCOP.LARYNGOSC. | 258075-258086 | Microlaryngoscopie in suspensie (Kleinsasser) met of zonder afname voor biopsie |
OP.GEHOORBEENTJES | 255312-255323 | Functionele heelkunde op gehoorbeentjesketen of ingreep voor fenestratie |
SPERICH+SPER.COR.NT | 258650-258661 | Subperichondrale en subperiostale correctie van het neustussenschot |
TRANSTYMP.DRAIN.+PRO | 257471-257482 | Transtympanaal draineren door middel van prothese, uni of bilateraal |
BESNIJDENIS | 260934-260945 | Besnijdenis |
END.RES.BLAASTU. | 261391-261402 | Volledige behandeling van een blaasgezwel door een endoscopische resectie, inclusief cystoscopie (mag slechts eenmaal per jaar worden aangerekend) |
ENDO.RES.PROST. | 261553-261564 | Endoscopische resectie van de prostaat, inclusief cystoscopie |
ONDERB.DUCT.DEFERENS | 260794-260805 | Onderbinden van een ductus deferens |
RES.TUNICA VAGIN. | 260875-260886 | Resectie of omkeren van tunica vaginalis |
TH.URETEROSCOPIE | 262371-262382 | Therapeutische ureteroscopie of ureterorenoscopie met ureterdilatatie onder controle door medische beeldvorming voor de behandeling van lithiasis, abcessen, letsels of stenose |
TOT.PROSTATECT+VES | 261796-261800 | Totale prostatectomie inclusief exeresis van het vesiculair blok met urethro-vesicaal hechten |
UITG.NEFRECT+GGLN/AB | 261671-261682 | Totale radicale of partiële tumornefrectomie inclusief eventuele lymfadenectomie |
URETHROTOMIE | 260956-260960 | Uitwendige of inwendige urethrotomie |
VERV.SUPRAPUBIS.KATH | 262452-262463 | ° Vervangen van een suprapubische, ureterocutaneostomie of nefrostomie katheter. |
ART.PL.HEUP+TOT.PROT | 289074-289085 | Artroplastie van de heup met totale prothese (acetabulum en femur) |
BL.FEMURFRACTUUR | 276570-276581 | Bloedige behandeling van een femurfractuur, ongeacht het niveau |
F.TIB.ARTHR.PL+GELED | 290275-290286 | Arthroplastie van de knie met totale prothese |
HALL.VALG.OSTEOT1+ | 277115-277126 | Heelkundige behandeling van hallux valgus of flexus : door meer dan één osteotomie (metatarsaal of falanx) en handeling op de weke weefsels |
MED/LAT.MENISECTOMIE | 276636-276640 | Mediale of laterale meniscectomie, ongeacht de techniek |
OPEN.RED.ONDERARM | 275531-275542 | Open reductie en osteosynthese van fractuur van een been van de onderarm (diepliggend materiaal ongeacht het niveau |
PERCUT.NUCLEOTOM DLW | 281772-281783 | Heelkundige behandeling van een andere discushernia dan een cervicale |
RUPT.ROTATORENKAPSEL | 276076-276080 | Heelkundige behandeling van een ruptuur van het rotatorenkapsel, ongeacht de techniek : door rechtstreeks herstel van één of meerdere pezen |
VRIJMAKEN HANDWORTEL | 287836-287840 | Vrijmaken van handwortelkanaal, ongeacht de techniek |
WEGN.DIEPL.PLATEN | 280092-280103 | Wegnemen van diepliggend synthesematerieel : platen of spijkerplaten |
HART+LONGTRANSPL. | 318054-318065 | Harttransplantatie of van hart en longen in blok |
NIERTRANSPL. | 318010-318021 | Niertransplantatie |
TOT.HEPATECT.+TRANSP | 318076-318080 | Totale hepatectomie gevolgd door een orthotope levertransplantatie |
Naar analogie met de voorgaande achtstandsanalyses voor artikel 14, wordt hieronder een analyse voorgesteld met betrekking tot de interne geneeskunde. Daarbij is uitgegaan van veelvoorkomende interventies per discipline. Hierbij werd eveneens de nomenclatuur indeling gevolgd. Er werden enkel verstrekkingen weerhouden die een dagopname of klassieke hospitalisatie vereisen. Ingrepen die zeer acuut dienen te gebeuren (zoals behandeling pneumothorax) werden niet weerhouden omdat hiervoor geen achterstand kan worden opgebouwd. Tot slot werden nomenclatuurnummers die kunnen gecombineerd worden geweerd om dubbeltellingen te mijden, doch dit kan resulteren in een onderschatting van de achterstand. Het betreft dus conservatieve ramingen.
In de pneumologie (36%) en geriatrie (29%) zijn aanzienlijke aantallen verstrekkingen niet uitgevoerd en ziet men nog geen spoor van kentering. Voor gastro-enterologie is er een lichte daling van de achterstand en zit men op 12%. Neurologie blijft op een plateaufase rond de 14%. Voor de cardiologie is de opgebouwde achterstand fors afgenomen tot 3%. Voor de oncologie ziet men geen achterstanden. Men ziet integendeel 17% meer activiteit dan verwacht, doch de onzekerheidsmarges zijn hier het grootst.
De onderstaande grafieken geven de details van de verstrekkingen weer per sub-artikel. Curves die groen kleuren, hebben een zeer kleine of onbestaande impact op de IC-afdeling. Naarmate de kleur van de curve meer naar rood opschuift, heeft een patiënt die met deze verstrekking is behandeld een hogere kans om op de IC-afdeling te belanden.
Onder de grafiek worden de detailgegevens van de gebruikte nomenclatuurcodes weergegeven.
Hierna wordt aangegeven welke punten onze aandacht trokken. Om finale conclusies te maken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van ‘Evidence Based Medicine’ richtlijnen het beleid adviseren.
CORGR.HARTCATH.MIN2S | 464192-464203 | Digitale coronarografie door hartcatheterisatie met minimum twee gefilmde sekwenties per overbrugging |
D.CORONAG.HARTCATHER | 464170-464181 | Digitale coronarografie door hartcatheterisatie |
BIJK.H.PTCA 2<U+00B0>+STENO | 589035-589046 | Bijkomend honorarium bij de verstrekking 589013-589024 voor de behandeling van minimum 2 coronaire vaten tijdens eenzelfde procedure met name : de rechter coronair (kransslagadersegmenten nrs. 1 tot en met 4) en/of de hoofdstam (kransslagadersegment nr. 5) en/of de linkercoronair (kransslagadersegmenten nrs. 6 tot en met 10) en/of de circumflexa (kransslagadersegmenten nrs. 11 tot en met 15) en/of saphena of arteriële (mammaria) enten. |
PERC.AO.KL.PL. | 589190-589201 | Percutane endovasculaire plastiek van de aortaklep, van een aangeboren misvorming van de aorta, van de pulmonalisklep, de mitralisklep, de tricuspidklep of fulguratie van een klep inclusief de manipulaties en controles tijdens de behandeling en de gebruikte catheters, exclusief de dilatatiecatheter(s) en farmaca en de kontrastmiddelen, maximum per operatiezitting |
PTCA | 589013-589024 | Percutane endovasculaire dilatatie met of zonder plaatsing van stent(s) onder controle door medische beeldvorming van een vernauwing en/of occlusie van een kransslagader, inclusief de manipulaties en controles tijdens de behandeling en al het gebruikte materieel, met uitsluiting van de dilatatiecatheter, de farmaca en de contrastmiddelen. Voor het geheel van de kransslagaders |
ATRIOVENT.NOD.TACHYC | 589492-589503 | Elektrofysiologisch onderzoek en percutane ablatie ter behandeling van een atrioventriculaire nodale re-entry tachycardie, een atrioventriculaire re-entry tachycardie (over Kent-bundel) of een rechter atriale ectopische tachycardie door gerichte ablatie van het aritmiecircuit of van de aritmiefocus |
E.FYS.OND.HART | 476276-476280 | Uitgebreid elektrofysiologisch onderzoek zonder ablatie voor het opwekken en beëindigen van tachycardieën met behulp van drie of meer catheters,inclusief afname van bloedstalen, radioscopische en electrocardiografische controles, toediening van farmaca en contraststoffen, met protocol en tracés |
HARTDEFIBRILL. | 475016-475020 | ** Electrische defibrillatie van het hart, inclusief electrocardiografische controle tijdens bewerking |
LINKS.ATRIAL.FLUTTER | 589551-589562 | Elektrofysiologisch onderzoek en percutane ablatie ter behandeling van een linker atriale flutter (door gerichte ablatie van het aritmiecircuit of van aritmiefocus) of atriale fibrillatie (door isolatie of circumferentiële ablatie van de pulmonaalvenen) |
PERC.PL.INTRAC.EL.TR | 475974-475985 | Percutane plaatsing van (één of meer) blijvende intracavitaire elektrode(n) langs transveneuze weg |
CONT.PACEM.A.I.C.D. | 475893-475904 | Controle van de deugdelijkheid en/of herprogrammatie van een hartdefibrillator, met meting van de stimulatie- en gevoeligheidsdrempel en met evaluatie van de performantie van de defibrillator, met protocol en tracés |
CONT.PACEM.D.D.D. | 475871-475882 | Controle van de deugdelijkheid en/of herprogrammatie van een tweekamerpacemaker (DDD) of een driekamerpacemaker (CRT-P), met ondervraging van het geheugen en meting van de stimulatie- en gevoeligheidsdrempel, met protocol en tracés |
HARTCATH./VV+PUNC | 476033-476044 | Hartcatheterismen buiten het continu toezicht op de hartfunctie - Hartcatheterismen met grafisch registreren van de drukcurven op verschillende niveaus, inclusief eventueel de afnamen van bloedmonsters voor doseren, de radioscopische controles met televisie, de elektrocardiografische controles, de denudatie en de inspuiting van contrastmiddelen met of zonder krachtsinspanningsproef of farmacodynamische proef, met protocol en tracés (mogen niet worden gecumuleerd met de raadplegingen) : langs ven |
HARTCATH/ADERS | 476011-476022 | Hartcatheterismen buiten het continu toezicht op de hartfunctie - Hartcatheterismen met grafisch registreren van de drukcurven op verschillende niveaus, inclusief eventueel de afnamen van bloedmonsters voor doseren, de radioscopische controles met televisie, de elektrocardiografische controles, de denudatie en de inspuiting van contrastmiddelen met of zonder krachtsinspanningsproef of farmacodynamische proef, met protocol en tracés (mogen niet worden gecumuleerd met de raadplegingen) : langs ven |
HARTCATH/ART+VV | 476070-476081 | Hartcatheterismen buiten het continu toezicht op de hartfunctie - Hartcatheterismen met grafisch registreren van de drukcurven op verschillende niveaus, inclusief eventueel de afnamen van bloedmonsters voor doseren, de radioscopische controles met televisie, de elektrocardiografische controles, de denudatie en de inspuiting van contrastmiddelen met of zonder krachtsinspanningsproef of farmacodynamische proef, met protocol en tracés (mogen niet worden gecumuleerd met de raadplegingen) : langs ven |
ECH.END+PUNCTIE | 473874-473885 | Een of meer afnamen van weefsel met behulp van een naald doorheen de wand van het spijsverteringskanaal, door middel van echo-endoscopie |
ECH.ENDOSC.BOV.GI.TR | 473852-473863 | Onderzoek van het hogere spijsverteringskanaal en de naburige organen met een echo-endoscoop |
ENDOSC.DILAT.STRICT | 473815-473826 | Dilatatie van een of meer stricturen van het spijsverteringskanaal, door middel van endoscopie |
GALW.PL.DILAT.PROT/S | 473712-473723 | Inbrengen van een prothese in de gal- of pancreaswegen, door middel van endoscopie |
HEMOSTASIS URGENT | 473771-473782 | Hemostase van het spijsverteringskanaal, door middel van endoscopie |
ILEOSC.~BIOPS | 473432-473443 | Onderzoek van het ileum door middel van endoscopie |
OND.SPYSVERTKAN.END | 473056-473060 | Onderzoek van het hogere spijsverteringskanaal door middel van endoscopie |
RECTOSIGM.COLOSC.L | 472452-472463 | Onderzoek van het rectum en van het sigmoïd of het colon tot de linkerhoek van het colon, door middel van endoscopie |
RETROGR.CHOLANGIOWIR | 473830-473841 | Extractie van een of meer gal- of pancreasstenen tijdens een cholangiopancreatografie door middel van endoscopie |
TOT.COLONOSC.~BIOPS | 473174-473185 | Onderzoek van het colon tot de ileocoecale klep, door middel van endoscopie |
GER.EV+VERSL.GERIATR | 102233-102244 | Pluridisciplinaire geriatrische evaluatie door de geneesheer-specialist in de geriatrie, met verslag aan de voorschrijvende huisarts |
GERIATRIE > 75 | 599034-599045 | Honorarium voor het onderzoek door de geneesheer-specialist in de geriatrie, uitgevoerd bij één op een andere dienst dan G (300) opgenomen rechthebbende, vanaf 75 jaar, op voorschrift van de geneesheer-specialist niet-geriater, die het toezicht uitoefent |
GERIATRIE > 75 | 599056-599060 | Honorarium voor het geriatrisch ontslagonderzoek door de geneesheer-specialist in de geriatrie, bij een rechthebbende vanaf 75 jaar opgenomen in een dienst geriatrie G (300) |
RPL.SPK.GERIAT+VERSL | 102896-102900 | Raadpleging in de spreekkamer door een geneesheer-specialist in de geriatrie, inclusief eventueel schriftelijk verslag |
TOEZ.G.1<U+00B0>5<U+00B0>/INT | 599115-599126 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor in de geriatrie, op een in een dienst G opgenomen zieke : de eerste vijf dagen, per dag |
TOEZ.G.31<U+00B0>+/INT | 599152-599163 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor in de geriatrie, op een in een dienst G opgenomen zieke : de eenendertigste dag en volgende dagen, per dag |
TOEZ.G.6<U+00B0>30<U+00B0>/INT | 599130-599141 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor in de gériatrie, op een in een dienst G opgenomen zieke : van de zesde tot en met de dertigste dag, per dag |
477142.PAT.INT.ZORG | 478170-478181 | verstrekking 477142 wanneer ze uitgevoerd wordt op een opgenomen patiënt in een erkende functie voor intensieve zorg |
EEG | 477131-477142 | Elektro-encefalografie |
EEG HOLTER | 477411-477422 | Continu elektroëncefalografisch registreren gedurende ten minste 24 uur door middel van een draagbaar toestel (techniek van het Holtertype) met minimum 4 derivaties, inclusief de raadpleging bij het plaatsen en het wegnemen van het toestel, met protocol en uittreksels uit de tracés |
HN.INTAKE.CVA.ACCRED | 477735-477746 | Honorarium voor de geaccrediteerde geneesheer- specialist in de neurologie voor de coördinatie van de diagnostische oppuntstelling en van het opstellen van een behandelingsplan door een multidisciplinair beroertezorgteam bij de « intake » van een rechthebbende die wordt opgenomen omwille van een recent cerebrovasculair accident (CVA) |
HN.ZORGPLAN.CVA.ACCR | 477772-477783 | Honorarium voor de geaccrediteerde geneesheer-specialist in de neurologie voor de coördinatie van een multidisciplinair beroertezorgteam om een zorgplan op te stellen voor een rechthebbende die is opgenomen omwille van een cerebrovasculair accident (CVA) |
EMG | 477116-477120 | Elektromyografie, door middel van een naaldelektrode. |
MOTORISCHE.POT. | 478111-478122 | Registratie van de motorische geëvoceerde potentialen |
POLYSOMNOGR+1J | 477374-477385 | Polysomnografie na de leeftijd van één jaar |
POLYSOMNOGR+1J | 477374-477385 | Polysomnografie na de leeftijd van één jaar |
SOMASENSITIEVE.POT. | 478096-478100 | Registratie van de somatosensitieve geëvoceerde potentialen |
VISUELE.POTENTIALEN | 478052-478063 | Registratie van de visuele geëvoceerde potentialen |
1eMOC.GEATT.GEN.COO | 350372-350383 | Eerste multidisciplinair oncologisch consult (eerste MOC), geattesteerd door de geneesheer-coördinator |
ALL.TR.HEMAT.STAM | 470654-470665 | Allogene transplantatie van hematopoïetische bloedstamcellen |
AUT.TR.MYELOABL | 470632-470643 | Autologe transplantatie van hematopoïetische bloedstamcellen na myeloablatie |
BIJKOMENDE MOC | 350291-350302 | Bijkomend multidisciplinair oncologisch consult (bijkomende MOC) in een ander ziekenhuis dan dit van het eerste MOC, op doorverwijzing, geattesteerd door de geneesheer-coördinator |
HONCO<d6>R.ZORGPR.ONCOL | 598570-598581 | Coördinatiehonorarium in het kader van het zorgprogramma oncologie voor het verblijf van een patiënt in het dagziekenhuis voor een antitumorale medicamenteuze behandeling |
RPL.SPK.GNH.SP.M.ONC | 102270-102281 | Raadpleging in de spreekkamer, door een geneesheer-specialist in de medische oncologie, inclusief een verplicht schriftelijk verslag aan de behandelende arts |
NOOT: Het nomenclatuurnummer 102270 (Raadpleging in de spreekkamer, door een geneesheer-specialist in de medische oncologie, inclusief een verplicht schriftelijk verslag aan de behandelende arts) bevat ook het nomenclatuurnummer 102292, zodat de honoraria van geaccrediteerde en niet-geaccrediteerde geneesheren geaggregeerd worden.
BRONCHOSC.~AFN | 471715-471726 | Bronchoscopie zonder afname voor biopsie |
BRONCHOSC+#AFNAME | 471811-471822 | Bronchoscopie met perifere pulmonaire afnamen voor biopsie (ofwel veelvuldige afnamen, minimum 5, ofwel geleide afname in geval van perifere tumor), inclusief de eventuele radioscopische controle |
BRONCHOSC+ALV.WASS | 471774-471785 | Bronchoscopie met bronchoalveolair wassen (min. 100 ml) |
BRONCHOSC+BIOPS | 471730-471741 | Bronchoscopie met afname voor biopsie, en/of verwijderen van tumors, en/of coagulatie van letsels |
BRONCHOSC+COAL | 471796-471800 | Bronchoscopie met extractie van vreemde lichamen of plaatsing van een prothetisch element |
ECH-END:BR+PUNC.EX.W | 471855-471866 | Echo-endoscopie van de bronchi met punctie van extramuraal weefsel (disposable materiaal niet inbegrepen) |
Om een eerste zicht te hebben op de evolutie in de geestelijke gezondheidszorg is gekeken naar veelvoorkomende verstrekkingen die gelinkt zijn aan de ziekenhuissetting. In de linkse grafiek staan de geaggregeerde verstrekkingen aangerekend in de acute (algemene en universitaire) ziekenhuizen en in de rechtse grafiek deze aangerekend in de psychiatrische ziekenhuizen.
De gecumuleerde zorgachterstand t.o.v. pre-COVID-19 tijden vertoonde over 2021 een vrij langdurige plateaufase maar vertoont recent een voorzichtige daling tot 12% in de acute ziekenhuizen en tot 10% in de psychiatrische ziekenhuizen. Hierbij is geen rekening gehouden met een mogelijke impact door de pandemie op de zorgvraag (Simpson e.a. 2021). We hadden hierover, net als voor de andere verstrekkingen, geen data ter beschikking.
In de volgende grafiek zijn de achterstanden in de psychiatrie op het niveau van de nomenclatuurnummers weergegeven. Elke rij stelt een verstrekking voor die per kolom is uitgesplitst tussen acute ziekenhuizen (AZ) en psychiatrische instellingen (PZ). Er zijn weinig verschillen tussen beiden.
We geven hier slechts aan welke punten onze aandacht trokken. Om finale conclusies te trekken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van ‘Evidence Based Medicine’ richtlijnen het beleid adviseren.
TOEZ.AK.1°12°/PSY | 598415-598426 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor psychiatrie op een in een dienst A opgenomen rechthebbende : de eerste twaalf dagen, per dag |
TOEZ.AK.13°30°/PSY | 598430-598441 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor psychiatrie op een in een dienst A opgenomen rechthebbende : van de dertiende tot en met de dertigste dag, per dag |
TOEZ.A.31°90°D/PSY | 598452-598463 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor psychiatrie op een in een dienst A opgenomen rechthebbende : van de eenendertigste tot en met de negentigste dag, per dag |
TOEZ.K.1°12°D/PSY | 598850-598861 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor de psychiatrie op een in een dienst K opgenomen rechthebbende : de eerste twaalf dagen, per dag |
TOEZ.K.13°-90°D/PSY | 598894-598905 | Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor de psychiatrie op een in een dienst K opgenomen rechthebbende : van de dertiende tot en met de negentigste dag, per dag |
1°PSY.OND+RAPP | 599432-599443 | Honorarium voor het eerste psychiatrisch onderzoek, uitgevoerd binnen de dienst waar een in een ziekenhuis opgenomen rechthebbende verblijft, door een geneesheer specialist voor psychiatrie op voorschrift van de geneesheer die op hem toezicht uitoefent, met een centraal liaison dossier |
HON.PSYCH.INT-ONDERZ | 597715-597726 | Honorarium voor het psychiatrisch intake-onderzoek met verslag voor de patiënt opgenomen op een dienst A, K, T of een Sp-psychogeriatrie van een ziekenhuis uitgevoerd door een geneesheer-specialist in de psychiatrie of in de neuropsychiatrie |
NOOT: De nomenclatuurnummers 598426 en 598861 (Toezichtshonoraria op diensten A/K tijdens de eerste 12 dagen) bevatten ook de respectievelijke nomenclatuurnummers 598161 en 598883, zodat de honoraria van geaccrediteerde en niet-geaccrediteerde geneesheren geaggregeerd worden.
In de volgende grafieken zijn, aanvullend op het overzicht bij interne geneeskunde (zie sectie Interne), overzichten inzake niet uitgevoerde zorg (= potentiële achterstanden) in de oncologie per anatomische streek weergegeven. Dit is een toevoeging na overleg met het Kankerregister en waar mogelijk werd de link gelegd met hun recentste incidentiecijfers.
Het betreft verstrekkingen die (grotendeels8) voor oncologische indicaties worden uitgevoerd.
Voor volgende anatomische gebieden bedroeg (data mei 2022) de gecumuleerde achterstand minder dan 10% van de jaarproductie (zie onderstaande grafiek): baarmoeder en ovarium (8%); borst (2%), huid (4%) zenuwstelsel (4%). Let wel op de grote onzekerheidsmarge bij de meeste ramingen. Voor prostaat en blaas zien we geen achterstand, in tegendeel we zien 3% méér verstrekkingen dan we op basis van onze ramingen verwacht hadden. Ook voor teelbalkanker zien we geen achterstand, doch een veel hogere activiteit (14% meer) dan verwacht. De incidentiecijfers voor teelbalkanker 2020 van het Kankerregister geven een gelijkaardig beeld, namelijk een toename van ongeveer 11% in 2020 ten opzichte van 2019. We zien hogere achterstanden voor: nier (12%) en thorax (16%).
Tot slot zagen we hoge achterstanden van meer dan 20% voor de ‘giant cell’ tumoren van hand en voet (25%). Deze zijn in meerderheid (Cheng en Johnston 1997; Lin e.a. 2019) goedaardig, wat een deel de achterstand zou kunnen verklaren omdat hun verwijdering meestal minder dringend is.
De onderstaande grafieken geven de evolutie van de verstrekkingen weer per sub-artikel (voor zover voorhanden). Naarmate de kleur van de curve meer naar rood opschuift, heeft een patiënt die deze verstrekking kreeg een hogere kans om op de ICU-afdeling te belanden. We weken af van het oorspronkelijk gestelde minimum van 500 ingrepen op jaarbasis (referentiejaar 2017), om waar mogelijk vergelijkingen met het kankerregister te kunnen maken.
Onder de grafiek zijn de detailgegevens van de opgenomen nomenclatuurcodes weergegeven.
Hierna wordt aangegeven welke punten onze aandacht trokken. Om finale conclusies te trekken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van ‘Evidence Based Medicine’ richtlijnen het beleid adviseren.
Baarmoeder en ovarium: volgens onze data is er een uitgesproken toename (>10%) van de debulking operaties voor intra-abdominale tumoren ten opzichte van pre-COVID tijden. De brede onzekerheidsmarge van de raming maakt echter geen conclusies mogelijk. Recente incidentiecijfers (in absolute aantallen) van het kankerregister tonen evenwel ook een stijgende trend. Men zag een toename van ovariumkanker met 15% in 2020 ten opzichte van het jaar voordien. De conisatie van de baarmoederhals (13%) is een operaties met nog aanzienlijke achterstand. De achterstand inzake salpingectomies/ ovarectomies is in 2022 gehalveerd tot nog 6%. Voor de overige operaties is er weinig tot geen achterstand.
Borst: weinig tot geen achterstand, mogelijks wel enkele verschuivingen. Hier wordt een geaggregeerde weergave getoond van borstsparende resecties en mastectomies naar analogie met het Kankerregister9. Daarin zien we veel meer ingrepen dan pre- COVID voor de borstsparende ingrepen (BCS) zonder schildwachtklierresectie (SLNP) noch okselevidement (ALND). Mogelijks is dit deels een gevolg van een inhaalbeweging inzake screening. De onzekerheidsmarges van de raming zijn echter ook hier groot. Voor de mastectomies zien we dat het aantal niet uitgevoerde ingrepen zich situeert rond de 7%. Mogelijks is ook hier deels sprake van verschuiving (naar meer borstsparende ingrepen), alhoewel het aantal mastectomies niet noodzakelijkerwijze afneemt bij vroege detectie (Keelan, Flanagan, en Hill 2021).
Gastro-intestinaal: zijn er opvallend hoge en nog steeds stijgende ‘achterstanden’ voor totale colectomies (58%). Ook voor de resectie van bepaalde rectumtumoren is dit hoog (40%). Mogelijks zien we hier een impact van de tijdelijke onderbreking van het screeningprogramma en/of een gevolg van aangepaste behandelschema’s. Bij de duodenopancreatectomieën zien we 15% meer ingrepen dan pre-COVID, maar met brede onzekerheidsmarge. Dit laatste is in lijn met de registraties van de complexe pancreaschirurgie binnen het Kankerregister. De mogelijke invloed van de conventie voor complexe chirurgie is onderwerp van een aparte audit.
Hoofd-hals: Wat betreft de ingrepen op de (bij)schildklier merken we een gestage inhaalbeweging sinds de 2e COVID-golf. Dit zien we ook voor het wegnemen van de parotis. We zien dit niet voor de andere hoofd-halstumoren. Mogelijks spelen factoren zoals de socio-economische gradiënt hier een rol in (Aupérin 2020). Als we alle nomenclatuurcodes voor chirurgie van hoofd-hals tumoren samen nemen (zie onderste curve) dan zien we een achterstand van 23%. Dit is echter een overschatting door het meenemen in deze selectie van ingrepen die in een zelfde tijd kunnen gebeuren. De gecumuleerde achterstand van de hoofd-hals tumoren zou na 2021 nog 9% bedragen volgens het Kankerregister.
Huid: hier valt de hoge achterstand (37%) voor verwijderen van ooglidtumoren op, doch met brede onzekerheidsmarge op de raming.
Prostaat en blaas: Volgens onze data zijn er meer totale cystectomieën gebeurd dan voor de coronacrisis. Er is echter een grote onzekerheidsmarge op deze raming. Voor 2020 zag het Kankerregister echter een gedaalde incidentie (-3% t.o.v. 2019). Waar de prostatectomieën een aanzienlijke achterstand hebben (43%), valt het op dat de ingreep die het meest correlatie heeft met een oncologische oorzaak (totale prostatectomie met exerese van het vesiculair blok) 23% meer gebeurd is dan pre-COVID. Mogelijks is er een verschuiving tussen de behandelingsmodaliteiten. De incidentiecijfers van het Kankerregister (data 2020), bevestigen deze trend (nog?) niet.
Thorax: Bij de uitgebreide longexerese voor een oncologische aandoening is er weinig achterstand (3%), voor totale of gedeeltelijke longexerese is dit 15%. Voor de pleurectomies is de achterstand het grootst (38%), doch deze ingreep is niet specifiek voor oncologische aandoeningen.
Tumoren zenuwstelsel: er zijn achterstanden bij de ingrepen m.b.t. supratentoriële intracraniële expansieve processen (13%) en de transsfenoïdale hypofyse ingrepen (8%). De laatste achterstand is recent fors gedaald.
1/2Z.SAL/OVA/ADN.ECT* | 432633-432644 | Eenzijdige of tweezijdige salpingectomie of ovariëctomie of adnexectomie met pathologisch-anatomische bevestiging |
CONISATIE CERVIX | 432294-432305 | Conisatie van de baarmoederhals met anatomopathologische bevestiging |
DEBULK.INTR-ABD.TUM | 244915-244926 | Debulking voor uitgebreide intra-abdominale tumor (II) (totale hysterectomie, omentumresectie, resectie peritoneale metastasen, retroperitoneale exploratie met lymfadenectomie) |
HRT | 431336-431340 | Totale uitgebreide hysterectomie (Wertheim) |
HRT+LYMPHADENECT.* | 431351-431362 | Totale uitgebreide hysterectomie met lymphadenectomie in het bekken |
UNI/BIL.ADNEXECTOMIE* | 431631-431642 | Eenzijdige of tweezijdige adnexectomie |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
DUOD.PANCR.ECT. | 242012-242023 | Duodeno-pancreatectomie |
GASTREC+OESO/DU.ANAS | 241452-241463 | Totale gastrectomie met oesofago-jejunale anastomose of subtotale gastrectomie met herstellen van de transit, door interpositie van een darmsegment |
HEMICOLECT. | 243051-243062 | Hemicolectomie rechts of links of segmentaire colonresectie of sigmoïdresectie of partïele rectumresectie met herstel van de continuïteit |
MILES | 244016-244020 | Ingreep type Miles |
OP.HARTMANN* | 244053-244064 | Operatie van Hartmann |
PART.HEPATOTOM.TU/KY* | 242336-242340 | Gedeeltelijke hepatectomie wegens tumor, cyste of trauma |
RECT.RES | 244031-244042 | Anterior rectumresectie met behoud van de sfincter en colo-anale anastomose (type TME) |
RES.TU.RECT. | 244311-244322 | Resectie, langs natuurlijke weg, van een tumor villosus uit rectum |
SUB.OESOFAG.ARC.AORT | 228255-228266 | Subtotale oesofagectomie tot op het niveau van de arcus aortae met herstellen van de continuïteit en uitgebreid klierevidement |
TOT.COLECT.* | 243036-243040 | Totale colectomie met ileostomie of ileorectale anastomose |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
BIL.PART/TOT.THYROID* | 257036-257040 | Totale of subtotale tweezijdige thyreoïdectomie met dissectie van de nervi laryngei recurrentes en de bijschildklieren |
CHIR.DIEPL.HALSCYST/* | 311872-311883 | Heelkundige bewerking wegens diepliggende halscyste of -tumor |
PARATHYROIDECT.* | 257073-257084 | Selectieve parathyreoïdectomie |
PAROTISDISS.* | 255452-255463 | Wegnemen van de parotis met dissectie van nervus facialis |
RES.EXP.LETS.LUCHTW. | 259033-259044 | Resectie van een expansief letsel van de luchtwegen en/of van het bovenste gedeelte van het spijsverteringskanaal dat het sluiten van een huid- of slijmvliesdefect met een huidlap, een myocutane of een wandelende ent vereist |
TOT/PART.THYROIDECT.* | 257014-257025 | Eenvoudige totale thyreoïdectomie of gedeeltelijke thyreoïdectomie |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
EX.INV.TU O.LIDR. | 245534-245545 | Heelkundige exeresis van een invasieve tumor van de marginale rand van het ooglid (histologisch bewezen) |
VERW.KW.GEZW+WOND | 251775-251786 | Verwijderen van een kwaadaardig gezwel van de huid of de slijmvliezen volgens een micrografische heelkundige techniek met peroperatieve pathologische anatomie, en met sluiten van de wonden, een eventuele ent en/of plastie inbegrepen |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
CHIR.NUCL.BLAAS/PROS | 260654-260665 | Heelkundige bewerking voor aanbrengen van radioactief materiaal in de blaas of prostaat |
END.RES.BLAASTU.* | 261391-261402 | Volledige behandeling van een blaasgezwel door een endoscopische resectie, inclusief cystoscopie (mag slechts eenmaal per jaar worden aangerekend) |
ENDO.RES.PROST.* | 261553-261564 | Endoscopische resectie van de prostaat, inclusief cystoscopie |
PROSTATECTOMIE* | 260632-260643 | Prostatectomie |
TOT.CYSTECT+ENT.NEOB* | 260433-260444 | Totale cystectomie met vervangen van blaas door darment |
TOT.PROSTATECT+VES | 261796-261800 | Totale prostatectomie inclusief exeresis van het vesiculair blok met urethro-vesicaal hechten |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
LONGEXERESE | 227216-227220 | Uitgebreide totale of gedeeltelijke longexerese met klierevidement voor oncologische aandoening |
LONGEXERESE* | 227253-227264 | Totale of gedeeltelijke longexeresis |
MEDIAST.TU* | 228115-228126 | Behandeling van mediastinumtumors en -infecties langs thoracale weg |
PLEURECTOMIE* | 227334-227345 | Exeresis van de pleura wegens chronische infectie of tumor, met of zonder thoracoplastiek, in één operatietijd |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
EX.EXP.LETSEL/MEDULL | 232750-232761 | Exerese van expansief letsel dat de medullaire scheden overwoekert, onder operatiemicroscoop |
OP.EXPANS.BRUGHOEKLE | 231033-231044 | Heelkundige bewerking voor expansieve brughoekletsels of infratentoriele intracraniële expansieve processus |
SUPRATENT.TU.INTRACR | 230473-230484 | Heelkundige bewerking langs trepanatieluik wegens supratentoriële intracraniële expansieve processus |
TRANSSFEN.HYPOFYSEOP | 232514-232525 | Transsfenoïdale ingreep op de hypofyse onder operatiemicroscoop |
Verstrekkingen met asterix* zijn mogelijks maar ten dele voor oncologische redenen uitgevoerd.
In onderstaande grafiek wordt per toesteltype en anatomische regio de evolutie getoond van het aantal verstrekkingen doorheen de tijd. Het gemiddeld aantal verstrekkingen per maand in 2018-19 wordt gelijkgesteld met index 100. De rode verticale lijn geeft het begin van de COVID-19 pandemie weer.
Vooral de 1e golf (voorjaar 2020) had een duidelijke impact op het aantal verstrekkingen medische beeldvorming. De volgende golven hebben aanzienlijk minder impact gehad.
Voor CT valt op dat de ‘CT - Thorax’ een zeer gevoelige stijging doorgemaakt heeft vanaf de eerst COVID-19 golf en fors (bijna 150%) boven de basislijn blijft. Dit is conform de verwachtingen. Ze kaderen in de diagnostiek en opvolging van COVID-19 patiënten.
Voor MRI (thorax) zien we eveneens een forse toename, vooral vanaf de 2e helft van 2021. Dit is ook merkbaar voor de MRI schedel/wervel en MRI extremiteiten, maar minder uitgesproken.
Wat de nucleaire beeldvorming betreft, zien we voor PET onderzoeken een vrij forse toename vanaf de 2e helft van 2020. Dit kan mogelijks deels een effect zijn van de bijkomende erkenningen10 voor PET-CT scanners. Voor de SPECT onderzoeken is de toename minder uitgesproken.
Deze ramingen zijn gebaseerd op de beschikbare facturatiedata tot en met mei 202211.
Om de ramingen van de inlooptijd12 te maken werd gebruik gemaakt van een geavanceerde raming inzake achterstanden. Er zijn verschillende factoren die een impact kunnen hebben op de inhaalbeweging doch waarvan we geen cijfers hebben en dus ook niet voor kunnen corrigeren, zoals:
De bovenstaande factoren dienen steeds in het achterhoofd te worden gehouden bij de interpretatie van de geraamde inlooptijden. De tijden zijn dus indicatief en een simplificatie van de realiteit.
|
|
|
||
---|---|---|---|---|
+5% | +10% | +25% | ||
Chirurgie essentieel | 1.57 | 0.78 | 0.31 | 7.83 |
Chirurgie gemengd | 1.38 | 0.69 | 0.28 | 6.92 |
Chirurgie niet-essentieel | 6.81 | 3.40 | 1.36 | 34.05 |
endoscopie.(kleine.procedure) | -2.87 | -1.44 | -0.57 | -14.37 |
percutane.coronaire.interventie.(pci) | -0.69 | -0.35 | -0.14 | -3.45 |
Voor de inlooptijden blijft het scenario waarin op jaarbasis 5% boven de normale capaciteit wordt gewerkt waarschijnlijk het enige realistische en het is zelfs de vraag of dit nog haalbaar blijft. Dit omwille van volgende onzekerheidsfactoren:
De inlooptijden voor essentiële en gemengde heelkundige verstrekkingen worden op respectievelijk 1,6 jaar (19 maand) en 1,4 jaar (17 maand) geraamd. Voor de niet essentiële heelkundige verstrekkingen bedraagt dit 6,8 jaar (6 jaar en 10 maanden). Dit laatste is een ’worst case’ scenario waarin onder meer alle ’overconsumptie’ zou worden ingehaald. Dit is uiteraard niet de bedoeling. De inhaaltijden en achterstanden voor essentiële en gemengde chirurgische ingrepen zijn duidelijk gedaald, terwijl die voor de niet-essentiële ingrepen gestegen zijn ten opzichte van het vorige rapport (data januari 2022). Voor endoscopies met kleine procedure werd de achterstand recent weggewerkt en waren er 14% meer verstrekkingen dan pre-COVID. Een zelfde evolutie deed zich voor bij de percutane coronaire interventies (PCI) waar er recent 3,5% meer ingrepen gebeurden dan de projecties op basis van de situatie pre-COVID aangaven.
Alle ‘caveats en assumpties’, zoals vermeld in de methodologie, dienen steeds in het achterhoofd te worden gehouden bij de interpretatie van deze geraamde inlooptijden. Ze zijn dus louter indicatief en een simplificatie van de realiteit.
Elk van de panelen in de grafiek hieronder vertegenwoordigt één van de ziekenhuisdiensten geaggregeerd op nationaal niveau. De zwarte bullets geven de geobserveerde aanmeldingen aan per maand in pre-COVID tijden. Het gaat hier enkel over aanmeldingen in klassieke hospitalisatie op basis van de dataflux 721bis. De zwarte lijn vertegenwoordigt de gemodelleerde of verwachte aantallen aanmeldingen per maand in de veronderstelling dat er geen COVID-crisis zou hebben plaatsgevonden. Deze verwachte lijn houdt rekening met eventuele seizoenschommelingen, een algemene lange-termijntrend, schoolvakanties en feestdagen. Op basis van gegevens voor de COVID-crisis kan deze lijn worden doorgetrokken naar de COVID-crisis. De rode bullets zijn de geobserveerde aantal aanmeldingen vanaf medio maart 2020, de start van de COVID-crisis. Let op: de Y-assen in de grafiek hebben niet dezelfde schaal door verschillen in grootte van de diensten.
De terugval in aantal opnames was het meest uitgesproken in de eerste golf en verminderde stelselmatig in de volgende golven, met uitzondering van de 4e golf. Deze zorgde terug voor een meer uitgesproken opnamedip (ten opzichte van de derde golf) in de meeste diensten eind december 2021. Aangezien de algemene COVID-19 belasting voor de ziekenhuizen ook terug voor langere tijd steeg is dit conform de verwachtingen.
Vooral de eerste en tweede coronagolf hadden een ongekend massieve impact op de zorgactiviteiten in de acute ziekenhuizen en -in mindere mate- in de psychiatrische ziekenhuizen. Ondanks verschillende inhaalbewegingen tussen de COVID-golven door, is er nog steeds een belangrijke inhaalbeweging met betrekking tot de reguliere zorgen te maken. De blijvend hoge druk van COVID-patiënten op de zorgcapaciteit in heel 2021 en begin 2022 maakt dat er slechts een beperkte inhaalbeweging is vast te stellen. Het goede nieuws is dat het aantal niet uitgevoerde verstrekkingen het kleinst is bij de meeste essentiële zorgen, zoals onder meer de oncologie. Dit is een indicatie dat de medische prioriteitstelling over het algemeen genomen goed is gebeurd. Dit is vooral een pluim voor vele artsen, medische diensthoofden en hoofdartsen. Er blijven wel opvallende verschillen tussen en binnen disciplines, zoals de onderstaande aandachtspunten tonen.
Het minder goede nieuws is dat zelfs het minst ambitieuze inhaalscenario, waarbij uitgegaan werd van 5% bijkomende capaciteit of efficiëntiewinst op jaarbasis, een grote uitdaging blijft. Dit wegens het hoge aantal gesloten ICU bedden17 door personeelsuitval of personeelsverloop. Begin 2022 draaide maar 1 ziekenhuis op 3 op volledige capaciteit in België. We zien dat een buurland zoals Nederland met hetzelfde probleem van aanzienlijk gestegen ziekteverzuim worstelt, waarbij begin 2022 maar 1 ziekenhuis op 4 op volledige capaciteit draaide18.
Aandachtspunten ter verdere bespreking met experts en ter verdere toetsing aan ’Evidence Based Medicine’ richtlijnen zijn:
De heelkundige verstrekkingen vertonen tijdens de vijfde golf opnieuw een grotere terugval, terwijl de terugval in golf 6 in lijn lag met golf 3 en 4. Over het algemeen dalen de gecumuleerde achterstanden voor essentiële en gemengde chirurgische ingrepen, terwijl die van niet-essentiële ingrepen nog licht toenemen. Enkele heelkundige verstrekkingen werden aanzienlijk minder uitgevoerd (potentiële achterstand van >20%) EN kunnen een sterke impact hebben op de levenskwaliteit en/of levensverwachting. Het gaat hierbij onder meer om verschillende open hartoperaties en de transplantaties van hart, hart-long en nieren. Voor deze laatsten speelt de beschikbaarheid van donororganen mogelijks ook een rol. Het is belangrijk hiervoor afdoende capaciteit te vrijwaren zowel op het operatiekwartier als op intensieve zorgen. Daarnaast werden veel minder hemicolectomies gedaan (potentiële achterstand van 25%). Dit vereist extra aandacht, doch kan mogelijks deels kaderen in aangepaste behandelschema’s tijdens de COVID-19 pandemie. Er werden ook aanzienlijk minder totale colectomies en resecties van rectumtumoren uitgevoerd. We zien een vergelijkbaar beeld voor cataractingrepen, maar het is mogelijk dat een deel hiervan door een striktere indicatiestelling niet hoeft ingehaald te worden.
Het aantal niet uitgevoerde electieve heelkundige ingrepen blijft groot en neemt nog toe. Hierbij zijn echter meerdere ingrepen met gekende ’overconsumptie’, zoals de meniscectomies, amygdalectomies, transtympanale drains,… Voor ingrepen zoals bijvoorbeeld neustussenschotcorrecties, varicesingrepen en besnijdenissen is de grens tussen medische indicaties en andere overwegingen vaak moeilijk te bepalen. Het feit dat de potentiële achterstanden bij de meeste ingrepen met gekende ’overconsumptie’ hoog blijven, kan -in algemene zin- wijzen op een correcte indicatie- en prioriteitstelling. Een uitzondering vormen de ’gastric bypass’ operaties, waarbij ondertussen zelfs veel meer ingrepen uitgevoerd werden dan in pre-COVID tijden. Dit past niet bij een correcte medische prioriteitsstelling.
Voor de interne disciplines zijn er vooral bij de pneumologie en de geriatrie nog steeds veel verstrekkingen niet uitgevoerd (>20%). Voor geriatrie zien we recent wel een forse inhaalbeweging inzake evaluatie-onderzoeken en algemene consultaties. Voor pneumologie blijft de potentiële achterstand verder oplopen. De hoge werkdruk op geriaters en pneumologen en hun assistenten zal dus nog een hele tijd aanhouden.
Voor de psychiatrische verstrekkingen zien we een plateaufase in de acute en de psychiatrische ziekenhuizen vanaf december 2020, met een beperkte daling van de opgebouwde potentiële achterstanden naar het einde van 2021 toe. Aandachtspunt vormen het sterk gedaalde aantal psychiatrische consulten op vraag van de behandelende arts in de acute ziekenhuizen (potentiële achterstand 34%). Inzake ’toezichtshonoraria voor de eerste 12 dagen’ voor volwassenen is de achterstand in acute ziekenhuizen 14% en psychiatrische ziekenhuizen 17%. Voor de toezichtshonoraria bij kinderen zien we in onze data geen achterstand meer ten opzichte van pre-COVID, doch de onzekerheidsmarge is groot. Over wachttijden voor patiënten kunnen we, net als voor de andere zorg, geen uitspraken doen (in tegenstelling tot andere landen, zoals Engeland en Nederland) aangezien deze niet goed in kaart waren pre-COVID en we geen zicht hebben op eventueel bijkomende zorgnoden.
De meeste oncologische verstrekkingen (chirurgische en andere) zijn over het algemeen behoorlijk goed gevrijwaard. Ze vertonen weinig tot geen achterstanden volgens onze data. Er zijn wel aandachtspunten zoals de allogene beenmergtransplantaties (met een sterke toename van de potentiële achterstand tot 24%), de hemicolectomies, de totale colectomies, de resectie van sommige rectumtumoren en de bronchoscopies, ileoscopies en coloscopies met biopsie. De aanzienlijke potentiële achterstanden bij verschillende endoscopische onderzoeken met biopsie (pneumologisch en gastro-enterologisch) kunnen mogelijks de diagnosestelling of opvolging van kankerpatiënten negatief beïnvloeden.
Voor de zware medische beeldvorming (CT en MRI) zien we vanaf 2021 vooral een inhaalbeweging. Er is een aanhoudend sterk verhoogd aantal ’thorax CT’s’ ten opzichte van de basislijn vanaf het begin van de pandemie in ons land. Dit is conform de verwachtingen, aangezien deze werden aangewend in de diagnostiek en opvolging van COVID-19 patiënten.
Inzake de ramingen van de inlooptijden levert het scenario waarin gemiddeld 5% boven de normale capaciteit zou worden gewerkt volgende aandachtspunten op. De inlooptijden voor essentiële en gemengde chirurgische ingrepen zijn licht gedaald ten opzichte van het rapport van januari 2022 en zijn respectievelijk 19 maanden en 17 maand. Voor de niet essentiële chirurgische verstrekkingen komt het ’worst case’ scenario, waarin alle ’overconsumptie’ zou worden ingehaald, op 6 jaar en 10 maanden. De uiteindelijke inhaaltijd zal sterk afhangen van snelle bijkomende preventieve maatregelen tegen het inhalen van ‘overuse’ (Ellen e.a. 2018). Voor de percutane coronaire interventies (PCI) en de endoscopies met biopsie is de achterstand reeds ingehaald.
De zorgachterstand door COVID-19 leidt internationaal (Carr e.a. 2021; Iacobucci 2021; Teja e.a. 2021; Meneghini 2021) tot volgende vaststellingen: inhaalprioriteiten zijn essentieel, extra capaciteit is noodzakelijk en een verhoogde efficiëntie kan deels de capaciteitsverhoging versterken. De efficiëntiewinsten bestaan vooral uit het niet inhalen van een deel van de ingrepen waarbij ‘overconsumptie’ gedocumenteerd is. Acties op korte en middellange termijn zijn cruciaal om de aanhoudend hoge druk op verpleegkundigen en artsen, vooral van knelpuntdiensten zoals intensieve zorgen en operatiekwartier, te verlichten. Hierna volgen 5 aanbevelingen met voorbeelden van mogelijke actiepunten ter zake.
Aanbeveling 1: Opvolging van gezondheidsdata in ‘real time’. Belangrijke actiepunten naar de toekomst kunnen onder meer zijn:
Aanbeveling 2: De overbelasting van verpleegkundigen ondervangen. Investeren in bijkomende efficiëntie-verhogende technologie die tegelijk ook betere patiëntopvolging toelaat. Mogelijke acties zijn o.a.;
Een snel en concreet hulpsignaal naar de meest belaste diensten is nodig om ze perspectief te bieden. Mogelijke acties zijn:
Aanbeveling 3: De overbelasting van artsen ondervangen.
Het verminderen van de verplaatsingstijd en administratielast door efficiëntere ‘tele-geneeskunde’ werkvormen permanent te gaan vergoeden. Voorbeelden waarvan de meeste, in kader van de COVID-crisis, al in voege zijn:
De hoge druk op specifieke artsen zoals intensivisten, spoedartsen, pneumologen, geriaters en arts-assistenten aanpakken. Mogelijke acties;
Aanbeveling 4: Patiëntenvraag afstemmen op medische meerwaarde.
Patiënten verwachten steeds meer van de geneeskunde (Lateef 2011). Het managen van verwachtingen is daarbij belangrijk. Patiënten vlottere toegang geven tot medisch onderbouwde informatie neemt toe in belang. Actiepunten kunnen zijn;
Aanbeveling 5: Artsenvraag reduceren via strikte indicatie- en prioriteitsstelling.
Het betreft steeds geavanceerde ramingen op basis van een deel van de facturatiedata van de ziekenhuizen die we ontvangen via een versnelde dataflux vanuit het IMA. Voor gedetailleerde info over methodiek en bronnen verwijzen we U naar de rapporten 1 en 2. Pro memorie officieel worden de facturatiedata pas afgesloten 2 jaar na prestatie en worden ze nog aanvullend nagekeken op volledigheid en fouten. ↩︎
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/03/03/monitor-toegankelijkheid-van-zorg-3-maart-2022↩︎
https://www.facs.org/covid-19/clinical-guidance/elective-case/vascular-surgery↩︎
https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/veneuze_pathologie_varices/varices-stamvarices/varices-behandeling_van_insufficiente_vsm.html; https://www.nice.org.uk/guidance/cg168/evidence/varicose-veins-in-the-legs-full-guideline-pdf-191485261↩︎
https://www.gezondbelgie.be/nl/medische-praktijkvariaties/vrouwen-en-zwangerschap/genitaal-stelsel/hysterectomie-nl↩︎
https://www.gezondbelgie.be/nl/medische-praktijkvariaties/ademhalingsstelsel/lagere-luchtwegen/bronchoscopie-nl↩︎
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/03/03/monitor-toegankelijkheid-van-zorg-3-maart-2022↩︎
Als verstrekkingen maar ten dele voor oncologische redenen worden gedaan, volgens onze info, dan staat er een asterisk in het label naast de aantallen. We hebben ze toch meegenomen om ze ter beschikking te kunnen stellen van de specialisten ter zake↩︎
Kwaliteitsindicatoren voor oncologie: invasieve borstkanker↩︎
Van 01/2019-tot 02/2022 zijn er 7 bijkomende erkenningen toegekend↩︎
De cijfers van februari zijn onder voorbehoud omdat ze nog zeer onvolledig zijn↩︎
Inlooptijd = achterstand / capaciteitsuitbreiding. Bijvoorbeeld: Een achterstand van 15% kan worden weggewerkt indien men gedurende 1 jaar een capaciteitsverhoging van 15% doorvoert, of gedurende 6 maanden een capaciteitsverhoging van 30% doorvoert.↩︎
https://www.cdc.gov/coronavirus/2019-ncov/long-term-effects/index.html↩︎
zie https://www.healthybelgium.be/en/medical-practice-variations↩︎
Mogelijks deels te verklaren door sterk verlaat RSV seizoen (Jenco 2021). Er zijn wel geen Belgische data gevonden die dit staven.↩︎
Op basis van de voorlopige facturatiegegevens kunnen de curves voor de diensten 190 en 270 niet gereconstrueerd worden. De sterke daling in opnames die kan worden geobserveerd op basis van de 721 bis data bij aanvang van de COVID-crisis is daarom twijfelachtig. De facturatiegegevens suggereren eerder een verderzetting van de activiteiten (zowel in termen van het aantal prestaties als de terugbetaalde bedragen) op deze twee diensten.↩︎
Het gemiddeld aantal gesloten ICU bedden bedroeg 10,6% in golf 7; zie luik 1 van het COVID-19 rapport↩︎
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/03/03/monitor-toegankelijkheid-van-zorg-3-maart-2022↩︎
In Nederland is dit opgenomen in de monitor toegankelijkheid van zorg : https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/03/03/monitor-toegankelijkheid-van-zorg-3-maart-2022↩︎
Een ‘blaasscannertje’ is een klein, erg eenvoudig en goedkoop echotoestel bedoeld voor verpleegkundig gebruik dat meet of en hoeveel vocht er in de blaas zit: https://www.rn.com/rn-news/bladder-scans-preventing-unnecessary-procedures/↩︎