logo

1 Chirurgie

1.1 Terugval chirurgische interventie

De volgende grafiek geeft de terugval weer voor een bundel van 3 soorten chirurgische activiteiten: Essentiële, niet-essentiële en gemengd essentiële verstrekkingen. Er wordt nagegaan hoeveel activiteit overeind blijft ten aanzien van de hypothetische situatie waarin er geen Covid-crisis zou zijn geweest. Het gaat hier om een schatting voor een doorsnee verstrekking uit de verschillende groepen (essentieel, niet-essentieel en gemengd) en voor een doorsnee ziekenhuis. De gekleurde zones geven de betrouwbaarheidsgrenzen weer.

(Voor een bespreking van de gebruikte methode, zie de bijlage van het eerste rapport in verband met Covid19.)

1.1.1 Bespreking

Van januari t.e.m. maart 2021 vertonen de chirurgische ingrepen een sterk opwaartse trend t.o.v. de ramingen op basis van de activiteiten in pre-COVID-19 tijden (100% lijn). Dit wijst op een vrij aanzienlijke inhaalbeweging. De piek lag daarbij in de maand maart met 26% méér niet-essentiële chirurgische activiteiten t.o.v. verwachting, en 18% meer essentiële. De gemengde groep ligt hiertussen met een geraamde extra activiteit van 24%. Voor de maanden april en mei vertonen de 3 categorieën van chirurgische ingrepen opnieuw een sterke daling waarbij het activiteitsniveau terugvalt tot 83% voor de essentiële en gemengde en tot 89% voor de niet essentiële verstrekkingen. Hierbij is opvallend dat dit de eerste piek is waar de trend aangeeft dat niet-essentiële zorg meer behouden blijft dan de essentiële en gemengde zorg.

1.2 Gecumuleerde achterstand chirurgie

1.2.1 Overzicht

De terugval van zorg tijdens de Covid-crisis kan aanleiding geven tot medische achterstand. Daarom is onderzocht voor verschillende subartikels uit artikel 14 hoeveel deze achterstand bedraagt, uitgedrukt als een percentage van het aantal uitgevoerde verstrekkingen die men op jaarbasis kan verwachten en in de veronderstelling dat er geen Covid-crisis zou zijn geweest.

De selectie van de nomenclatuurnummers is de top 10 inzake aangerekende prestaties (gehospitaliseerd en ambulant) per subartikel. Indien het codes betrof die gezamenlijk met andere verstrekkingen kunnen aangerekend worden, zijn deze niet weerhouden en is de eerstvolgende (top 11) genomen. Dit is gebeurd om dubbeltellingen te mijden, doch dit kan wel een onderschatting geven.

1.2.2 Bespreking

De meeste disciplines hebben eind mei een gecumuleerde achterstand in prestaties tussen de 10 en de 15% van de jaarproductie. Ze vertonen een inhaaltrend begin 2021, met opnieuw een lichte toename van de achterstanden vanaf april ten gevolge de derde golf. De derde golf heeft beduidend minder impact gehad op de zorgachterstanden dan de twee voorgaande. Vooral de bloedvatenheelkunde (28%) en neus,-keel-, oor (ORL 40%) hebben hoge zorgachterstanden en tonen nog geen inhaaltrend. De laagste achterstand vertoont de thoracale heelkunde met 7%.

1.2.3 Details per verstrekking

De volgende grafieken geven weer wat de geschatte jaarachterstand is die elk van de sub-artikels uit artikel 14 cumulatief vanaf maart 2020 heeft opgelopen. Bijvoorbeeld: indien een grafiek aangeeft dat er op een bepaald moment 10% achterstand is, betekent dit dat van het totaal aantal uitgevoerde verstrekkingen die normaliter op een jaar worden uitgevoerd op dat moment in de Covid-crisis reeds 10% niet werden uitgevoerd. Naast de titel van elk subartikel is ook het totaal aantal uitgevoerde verstrekkingen in 2019 vermeld (bv.: 10k = 10.000 verstrekkingen).

Hier wordt aangegeven welke punten onze aandacht trokken. Om finale conclusies te kunnen trekken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van Evidence based guidelines het beleid adviseren.

  • Neurochirurgie:

    • Algemeen een achterstand rond 12%.
    • Geen achterstand in oncologische neurochirurgie
    • Aanzienlijke achterstand in plaatsen elektrodes voor ruggemergstimulatie (28%).
    • Op te merken is dat de achterstand bij “lumbale laminarthrectomie” eerder traag wordt ingehaald. Dit is een ingreep waar het risico op overuse in het verleden meermaals werd aangehaald in het kader van “failed back surgery(Van Wambeke et al. 2017). Dit zou kunnen duiden op een betere adherentie aan de guidelines.
    • De trepanatie van intra- en extracerebrale hematomen vertoont een achterstand, doch deze zijn niet allen in te halen gezien het veelal om acute situaties gaat. Opvallend is wel dat deze bij het begin van de derde golf sterker lijkt toe te nemen.
  • Plastische heelkunde:

    • Algemeen een achterstand rond 13%.
    • De meeste ingrepen vertonen een inhaaltrend vanaf begin 2021, met als meest opvallende de reducerende borstplastie, bilaterale flapoorcorrectie en neustussenschotcorrectie. In het begin van de derde golf vertoonden deze curves terug een lichte toename van de achterstanden, met uitzondering van de reducerende borstplastie.
    • De achterstand inzake borstreconstructies die in november een maximum bereikte van 8%, lijkt weggewerkt.
  • Heelkunde abdomen:

    • Algemeen een achterstand van 11%.
    • De hemicolectomies, o.a. in kader van oncologie, oncontroleerbare ziekte van Crohn en colitis ulcerosa, vertonen een aanzienlijke achterstand van 12%. Het is mogelijk dat een gewijzigde behandelstrategie voor darmkanker tijdens de pandemie, met een belangrijkere plaats voor neoadjuvantia, dit deels verklaart (Mukherji and Marshall 2021).
    • Bij het begin van de derde golf stagneert de inhaalbeweging die bij verschillende ingrepen zichtbaar was, en deze achterstand loopt opnieuw licht op zoals te verwachten was. Een belangrijke uitzondering zijn de “gastric bypass” ingrepen. Dit is onlogisch op basis van medische prioriteitsstelling. Voor het volume van deze ingrepen presteert men zelfs 9% meer dan in pre-COVID-19 tijden. De prioriteitsstelling dient hier best onder de loep genomen te worden.
  • Heelkunde thorax:

    • Algemeen een achterstand van 7%.
    • Hartoperaties met klepvervanging onder ECMO” vertonen een aanzienlijke achterstand van 23%, hetzelfde stellen we vast voor bypass-ingrepen: “myocardrevascularisaties met een slagaderent” (20%).
    • Borstsparende ingrepen van bewezen kwaadaardige borstletsels” vertonen een belangrijke inhaalbeweging. Er is geen achterstand meer (samen beschouwd).
  • Bloedvatenheelkunde:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 28%.
    • Revascularisaties vertonen een afname van de achterstand, doch zitten nog rond de 9% (ledematen) à 13% (carotis), wat meer is dan verwacht.
    • De hoge achterstanden inzake varicesingrepen (27 à 40%) zijn conform de verwachtingen, aangezien ze normaliter geen hoge medische prioriteit hebben.
  • Gynaecologie:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 16%.
    • De grootste achterstand betreft ingrepen voor urinaire incontinentie (47%), gevolgd door de “totale hysterectomies via vaginale weg” (30%). Deze achterstanden blijven ook toenemen.
    • De “follikelaspiraties” hebben een achterstand van 20%.
    • De inhaalbeweging voor laparoscopische hysterectomie en therapeutische hysteroscopiën is mogelijks niet steeds conform prioriteits- en indicatiestelling. Doch gegeven het brede betrouwbaarheidsinterval dient verdere trend bekeken te worden.
  • Oftalmologie:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 9%.
    • We zien vooral een aanzienlijke achterstand (20%) bij de cataractingrepen (“extracapsulaire extractie”). De wetenschappelijke literatuur (Black et al. 2008; Javed et al. 2015; Meeus et al. 2021a) over cataractingrepen geeft aan dat het moeilijk is om te bepalen in welke mate “overuse” een rol speelt. Dit omdat de impact op de levenskwaliteit niet standaard wordt gemeten, toch wijzen talrijke artikels op een mogelijk “overuse” van 30% of meer.
    • Enkele andere ingrepen hebben eveneens een hoge achterstand, doch door de brede betrouwbaarheidsintervallen kunnen we daar geen uitsluitsel over geven. De derde golf had beduidend minder impact en heeft de achterstanden amper vergroot.
  • Otorhinolaryngologie:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 40%.
    • We zien vooral zeer forse achterstanden bij “amygdalectomie door dissectie” (45%) en “transtympanale drainage” (56%). Dit is conform de verwachtingen aangezien dit ingrepen zijn waarbij “overuse” werd beschreven en die dus best niet allen worden ingehaald (Devriese et al. 2005; Venekamp et al. 2018).
    • Enkele ingrepen (zoals neusschelpresectie, neustussenschotcorrectie) vertonen een inhaalbeweging begin 2021 en de achterstanden zijn tijdens de derde golf niet terug toegenomen. Dit laatste past niet bij de verwachtingen op basis van medische prioriteitsstelling.
  • Urologie:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 11%.
    • Oncologische ingrepen tonen globaal weinig tot geen vertraging. Wel lijken er meer totale prostatectomies uitgevoerd te zijn en minder endoscopische resecties.
    • De uitgesproken inhaalbeweging wat betreft “besnijdenissen,” is niet wat men verwacht op basis van medische prioriteitsstelling.
    • De achterstand inzake “vervangen suprapubische katheters” bedraagt 17%.
  • Orthopedie:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 16%.
    • De “meniscectomie” vertoont de belangrijkste achterstand (32%). Dit is conform de verwachtingen aangezien in het verleden hier een belangrijke mate van “overuse” werd vastgesteld. Het merendeel van deze ingrepen werd uitgevoerd bij oudere patiënten (Meeus et al. 2021b), wat niet strookt met de wetenschappelijke richtlijnen ter zake (Siemieniuk et al. 2018). Het RIZIV (DGEC) sensibiliseerde hiervoor recent.
    • De meeste andere verstrekkingen vertonen een matige inhaalbeweging wat conform de verwachting is.
  • Transplantaties:

    • Algemeen bedraagt de achterstand 12%. We zien vooral een recente inhaal in mei.
    • Voor hart- en hart-long transplantaties is de achterstand 19% en voor niertransplantaties 20%. Doch door de kleine aantallen is het moeilijk hierover verregaande uitspraken te doen. Dit is toch een belangrijk aandachtspunt gegeven de bepalende aard van deze ingrepen op levenskwaliteit en levensduur van veel van deze patiënten. Ook internationaal zijn aanzienlijke achterstanden en verbeterpunten inzake pandemie-respons beschreven, waarin ook België gepositioneerd wordt en de impact wordt geduid (Aubert et al. 2021).

Klik hier voor een beschrijving van de methode.

Per maand en per (groep van) verstrekking(en) wordt cumulatief het verschil opgeteld van hoeveel verstrekkingen er zijn uitgevoerd en hoeveel men er zou verwachtingen op basis van de referentiejaren 2018 en 2019. Formeel kan deze berekening als volgt worden gemaakt: \[\%\ achterstand\ at\ t_m = 1-\frac{\sum_{m-11}^mObs}{\sum_{m-11}^mExp}\] \(\sum_{m-11}^mObs\) is het cumulatief aantal geobserveerde verstrekking gedurende één jaar tot en met maand \(m\). De curves worden gestart bij m = maart 2020. \(\sum_{m-11}^mExp\) is het equivalent aantal verwachte verstrekkingen op jaarbasis, gesteld dat er geen Covid-crisis zou zijn geweest. Deze breuk geeft dus het procentueel deel weer van de verstrekkingen die zijn uitgevoerd, het complement hiervan drukt het procentuele aandeel van de verstrekking op jaarbasis uit die niet zijn uitgevoerd (= achterstand).

De volle lijn in de grafieken drukt deze geschatte achterstand uit en is vergezeld van een onzekerheidsinterval. Dit interval is afhankelijk van een drietal bronnen van onzekerheid:

  • Louter statistische toevalsfluctuatie (sampling error). Deze wordt berekent door middel van parametric bootstrapping. Deze methode wordt gekenmerkt door het herhaaldelijk (bv 250 maal) steekproeven trekken uit een distributie waarvan de parameters geschat zijn op basis van de geobserveerde gegevens. Hiervoor is de aanname noodzakelijk dat de gegevens een welbepaalde distributie volgen, in dit concrete geval wordt een negatief binomiale distributie verondersteld.
  • Imputatie van recente maanden, waarvoor voor sommige ziekenhuizen nog geen data beschikbaar zijn. Voor deze gegevens wordt dan herhaaldelijk een waarde geïmputeerd, conditioneel op de voorgaande maanden van hetzelfde ziekenhuis en relatief aan de stijging of daling van het aantal verstrekkingen dat voor andere ziekenhuizen diezelfde wordt vastgesteld waarvoor reeds gegevens beschikbaar zijn. Dit missing-data mechanisme wordt missing at random genoemd.
  • Ten laatste is onzekerheid ten gevolge van langetermijnevoluties in de schattingen meegenomen. Voor een aantal verstrekkingen zijn er verschillen in aantallen vast te stellen doorheen de tijd (2018-2019). Het is echter onzeker of deze trends zich in 2020 zou hebben doorgezet. Om die reden zijn scenario’s met én zonder deze langetermijnevoluties berekend. De confidence bands worden groter naargelang de schattingen gevoeliger worden voor deze langetermijnevolutie én wanneer de schattingen in de tijd verder verwijderd zijn van de referentiejaren (2018 en 2019).

Hieronder zijn de detailgegevens per verstrekking weergegeven (klik op blauwe titel voor detailgrafieken per art. 14 subcategorie). Curves die groen kleuren, hebben een zeer kleine of onbestaande impact op de IC-afdeling. Naarmate de kleur van de curve meer naar rood opschuift, heeft een patiënt die met deze verstrekking is behandeld een hogere kans om op de IC-afdeling te belanden.

Onder de grafiek zijn nog enkele detailgegevens per verstrekking gegeven.

Art 14b: Neurochirurgie

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
DECOMPRESS.TREP. 230355-230366 Trepanatie, decompressieve, of voor draineren
EX.EXP.LETSEL/MEDULL 232750-232761 Exerese van expansief letsel dat de medullaire scheden overwoekert, onder operatiemicroscoop
GR.TREP.EXTRACERBR.H 230414-230425 Volledige heelkundige behandeling van een of meer extracerebrale intracranile hematomen langs groot trepanatieluik
INTR.FASC.NEUROLYSE 230252-230263 Intrafasciculaire neurolyse onder operatiemicroscoop, behalve voor het vrijmaken van handwortelkanaal
INW.DRAIN.HYDROMYELI 230591-230602 Ingreep voor inwendig draineren van hydrocefalie, van hydromyelie of van syringomyelie
LAMINARECTOMIE/NARRO 232794-232805 Lumbale laminarthrectomie van meer dan twee niveaus wegens compressie van cauda equina ten gevolge van congenitale vernauwing ( Syndroom van Verbiest ) of verworven vernauwing van het ruggemergkanaal
OP.EXPANS.BRUGHOEKLE 231033-231044 Heelkundige bewerking voor expansieve brughoekletsels of infratentoriele intracranile expansieve processus
PL.EL.RUGGENMERGSTIM 232492-232503 Percutaan of heelkundig (her) plaatsen van n of twee meerpolige electrode(n) in de epidurale ruimte voor ruggenmergstimulatie
SUPRATENT.TU.INTRACR 230473-230484 Heelkundige bewerking langs trepanatieluik wegens supratentorile intracranile expansieve processus
TREP.INTRACR.HEMATOM 230392-230403 Volledige heelkundige behandeling van een of meer extracerebrale intracranile hematomen door eenvoudige trepanatie (breder gemaakt met holle beitel of trepaankroon), ongeacht het aantal trepaangaten

Art 14c: Plastische_heelkunde

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
BIL.OORCORR. 253573-253584 Correctie heelkunde op het oor (twee oren)
HUID.F-C.FLAP.HF 250176-250180 Huid- of fascio-cutane flap, hoofdbewerking
REC.CH:BORSTIMP/EXPA 252593-252604 Borstreconstructie door implantatie van een borstimplantaat of een borstweefselexpander
RED.BORSPL.HYPERTROF 251613-251624 Reducerende borstplastie wegens borsthypertrofie die functionele hinder veroorzaakt
SPERICH+SPER.COR.NT 253256-253260 Subperichondrale en subperiostale correctie van het neustussenschot
SPIERHUIDLAP 251893-251904 Spierhuidlap
SPIERLAP HFDB 251856-251860 Spierlap, hoofdbewerking
VERW.GEZW.PLAST/GREF 251731-251742 Verwijderen van een gezwel van de huid of de slijmvliezen of ander letsel rechtstreeks toegankelijk door excisie met plastie en/of greffe
VERW.KW.GEZW+WOND 251775-251786 Verwijderen van een kwaadaardig gezwel van de huid of de slijmvliezen volgens een micrografische heelkundige techniek met peroperatieve pathologische anatomie, en met sluiten van de wonden, een eventuele ent en/of plastie inbegrepen

Art 14d: Heelkunde_Abdomen

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
APPENDICECTOMIE 243154-243165 Appendectomie in de koude of in het acute stadium met of zonder perforatie
CHOLECYSTECT. 242454-242465 Cholecystectomie
CHOLECYSTECT+CHOLANG 242476-242480 Cholecystectomie met peroperatoire cholangiografie
HEMICOLECT. 243051-243062 Hemicolectomie rechts of links of segmentaire colonresectie of sigmodresectie of partele rectumresectie met herstel van de continuteit
HEMORR.RAD.TH. 244554-244565 Radicale behandeling van hemorrhoden, die resectie, onderbinden van de pediculi en neerhalen van het slijmvlies omvat, ongeacht de aangewende techniek
HLK.BEH.INC.BUIKWHER 241931-241942 Heelkundige behandeling van een incisionele buikwandhernia (inclusief recidief na behandeling van een primaire buikwandhernia en parastomale hernias)
HLK.BEH.PRIM.BUIKWHE 241916-241920 Heelkundige behandeling van een primaire buikwandhernia (inclusief navelbreuk, epigastrische hernia, Spigheliaanse hernia of lumbale hernia)
HLK.BH.BILAT.HERNIA 241894-241905 Heelkundige behandeling van een bilaterale inguinale, femorale of obturatorhernia
HLK.BH.EENZ.HERNIA 241872-241883 Heelkundige behandeling van een eenzijdige inguinale, femorale of obturatorhernia
SCOPINARO GASTR.BYP 241835-241846 Reducerende gastroplastie met bileopancreatische of gastro-jejunale diversie (Scopinaro, gastric bypass, duodenal switch) (ter behandeling van obesitas)

Art 14e: Heelkunde_Thorax

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
BRES+RESSCHWLKL~OND 227791-227802 Borstsparende volledige resectie van een bewezen kwaadaardig borstletsel met macroscopisch voldoende veiligheidsmarge, en resectie van schildwachtlymfeklier, met peroperatoir anatomo-pathologisch onderzoek van de schildwachtlymfeklier
BSPA.RES+RES.SCHWLKL 227776-227780 Borstsparende volledige resectie van een bewezen kwaadaardig borstletsel met macroscopisch voldoende veiligheidsmarge, en resectie van schildwachtlymfeklier
CORON.BYPASS 229574-229585 Myocardrevascularisatie door anastomose met behulp van de arteria mammaria interna, met aanwending van de twee arteriae mammariae internae of implantatie van de arteria mammaria interna in de vorm van sequentile overbruggingen
EXPL.TH.TOMIE+BIOP 227452-227463 Exploratieve thoracotomie of thoracoscopie, inclusief long- of lymfknoopbiopsie
KUNSTKLEP+EXTRCORP 229515-229526 Operatie op het hart of op de grote intrathoracale bloedvaten die het plaatsen omvat van meer dan een kunstklep of van een valvulair homogreffe of van n kunstklep en een myocard-revascularisatie, met extra-corporele circulatie
LONGEXERESE 227216-227220 Uitgebreide totale of gedeeltelijke longexerese met klierevidement voor oncologische aandoening
MASTECT~OKS.UITR 227695-227706 Verwijderen van de volledige borstklier (mastectomie) voor kwaadaardige tumor met okseluitruiming
MYOCARDREVA SCULAR 229611-229622 Myocardrevascularisatie uitgevoerd met een slagaderent (mammaria, gastroepiploica of gexplanteerde slagader) inbegrepen de eventuele geassocieerde veneuze bypass(en)
OP.HART+EX.CORP.CIRC 229596-229600 Operatie op het hart of op de grote intrathoracale bloedvaten die de plastiek of het plaatsen van een kunstklep omvat, met extracorporele circulatie
PLEUROTOMIE 227496-227500 Pleurotomie (n of meer drains)

Art 14f: Bloedvatenheelkunde

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
AV FISTELER 235174-235185 Aanleggen van een rechtstreekse arterioveneuze fistel of van een onrechtstreekse arterioveneuze fistel (shunt type Scribner) met het oog op hemodialyse
BIL.RES.STAMVARICE 238276-238280 Volledige bilaterale resectie van een stamvaricositas van de vena saphena interna en/of externa
EMBOLECT.A.LEDEM/HAL 235130-235141 Embolectomie of thrombectomie langs de slagaders van de ledematen of van de hals (catheter van Fogarty niet begrepen in het honorarium)
ONDERB.+3VARICES 238114-238125 Onderbinden, fulguratie (vein eraser) of trapsgewijze resecties van meer dan drie variqueuze aders
RESCT.BOOG+1V.SAPH. 238210-238221 Resectie van de boog van de vena saphena interna en totale exeresis van beide venae saphenae
RESCT.BOOG+ONDERB.VA 238195-238206 Resectie van de boog van de vena saphena interna, plus onderbinden, fulguratie (vein eraser) of trapsgewijze resecties van de variqueuze aders
RESCTIE+EXE 1SAPH 238173-238184 Resectie van de boog van de vena saphena interna en totale exeresis van n van beide venae saphenae
REVASC.A.CAROT/VERTE 235071-235082 Revascularisatie van de arteria carotis of vertebralis door endarterictomie, endoaneurysmorrhafie, pontage of resectie met enten of anastomose
REVASC.LEDEM. 235093-235104 Revascularisatie van een slagader van de ledematen door endarterictomie, endoaneurysmorrhafie, pontage of resectie met enten of anastomose
TOT.AFBIND.V.PERFOR 238291-238302 Totaal subfasciaal afbinden van de venae perforantes van het onderste lidmaat

Art 14g: Gynaecologie

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
1/2Z.SAL/OVA/ADN.ECT 432633-432644 Eenzijdige of tweezijdige salpingectomie of ovarictomie of adnexectomie met pathologisch-anatomische bevestiging
CONISATIE CERVIX 432294-432305 Conisatie van de baarmoederhals met anatomopathologische bevestiging
FOLLIKELASPIRATIE 432434-432445 Follikelaspiratie door punctie onder echografische controle of door laparoscopie
HK.BEH.URIN.INCONT 432751-432762 Heelkundige behandeling van urine-incontinentie door het transvaginaal aanbrengen van een suburethrale band in synthetisch materiaal, inclusief eventuele cystoscopie
KYSTECT+/~EIST.PLAS 432596-432600 Kystectomie van de eierstokken met of zonder eierstokplastiek met pathologisch-anatomische bevestiging
LAPAROSC.HYSTERECT 432736-432740 Totale hysterectomie langs laparoscopische weg, met anatomopathologische bevestiging
RESECT.ENDOMETRIUM 432456-432460 Volledige resectie van het endometrium, inclusief de hysteroscopie en de curettage
THER.HYSTEROSC.@ 432412-432423 Therapeutische hysteroscopie voor exeresis van een poliep of voor myomectomie of voor resectie van intra-uteriene synechien of voor catheterisatie van de tubaire opening
TOT.HYSTERECT./VAG 431314-431325 Totale hysterectomie, langs vaginale weg, inclusief de colporrafie vooraan en/of de eventuele colpoperineorrafie achteraan
TOT.HYSTERECTOM/ABD 431270-431281 Totale hysterectomie, langs abdominale weg

Art 14h: Oftalmologie

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
CHIR.ENTROPION. 245851-245862 Entropium of ectropium : (heelkundige behandeling)
DERMATOCHAL.B.LID 245733-245744 Plastie voor dermatochalasis van het bovenste ooglid, per ooglid
DERMATOCHAL.B.LID 245733-245744 Plastie voor dermatochalasis van het bovenste ooglid, per ooglid
DERMATOCHAL.B.OOGL 245733-245744 Plastie voor dermatochalasis van het bovenste ooglid, per ooglid
DERMATOCHAL.B.OOGL 245733-245744 Plastie voor dermatochalasis van het bovenste ooglid, per ooglid
EXTRACAPSUL.EXTRACT 246912-246923 Extracapsulaire extractie van de ooglens door ultrasonore fragmentering, laser of andere vergelijkbare methode, inclusief het eventuele inplanten van een lens
INTAVITREALE.INJ 248334-248345 Intavitreale injectie uitgevoerd in strict aseptische omstandigheden
OOGLENSIMPL. 246610-246621 Inplanten of opnieuw inplanten van een intra-oculaire lens in een andere operatietijd van de extractie van de ooglens
OP.GLAUCOOM 246573-246584 Heelkundige bewerking wegens glaucoom
PTOSISOP. 245814-245825 Behandeling van ptosis, of behandeling van retractie van het ooglid, of herstel van het ooglid na een facialisparalyse, per ooglid
RES.1/+OOGSPIEREN 247575-247586 Ingreep wegens strabisme of nystagmus door recessie of resectie van n of meerdere oogspieren (per oog)
TRAANWSTOMIE/NEUS 245055-245066 Dacryocystorhinostomie of lacodacryostomie
VITRECTOM. 246654-246665 Transparsplana vitrectomie

Art 14i: Otorhinolaryngologie

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
AMYGDALECT+DISSECT. 257390-257401 Amygdalectomie door dissectie
BIL.NEUSSCHELPRES. 255894-255905 Resectie van neusschelp of neusschelpstaart of neusschelpplastie, tweezijdige
BIL.PART/TOT.THYROID 257036-257040 Totale of subtotale tweezijdige thyreodectomie met dissectie van de nervi laryngei recurrentes en de bijschildklieren
HK.BEH.2 SINUSSEN 254833-254844 Volledige eenzijdige heelkundige behandeling van inflammatoire pathologie van twee sinussen
HK.BEH.3OF4.SINUSSEN 254855-254866 Volledige eenzijdige heelkundige behandeling van inflammatoire pathologie van drie of vier sinussen
INSN.ADENOPHLEG.BUCC 256830-256841 Insnijden en draineren van adenophlegmone van buccale oorsprong
MICROSCOP.LARYNGOSC. 258075-258086 Microlaryngoscopie in suspensie (Kleinsasser) met of zonder afname voor biopsie
OP.GEHOORBEENTJES 255312-255323 Functionele heelkunde op gehoorbeentjesketen of ingreep voor fenestratie
SPERICH+SPER.COR.NT 258650-258661 Subperichondrale en subperiostale correctie van het neustussenschot
TRANSTYMP.DRAIN.+PRO 257471-257482 Transtympanaal draineren door middel van prothese, uni of bilateraal

Art 14j: Urologie

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
BESNIJDENIS 260934-260945 Besnijdenis
END.RES.BLAASTU. 261391-261402 Volledige behandeling van een blaasgezwel door een endoscopische resectie, inclusief cystoscopie (mag slechts eenmaal per jaar worden aangerekend)
ENDO.RES.PROST. 261553-261564 Endoscopische resectie van de prostaat, inclusief cystoscopie
ONDERB.DUCT.DEFERENS 260794-260805 Onderbinden van een ductus deferens
RES.TUNICA VAGIN. 260875-260886 Resectie of omkeren van tunica vaginalis
TH.URETEROSCOPIE 262371-262382 Therapeutische ureteroscopie of ureterorenoscopie met ureterdilatatie onder controle door medische beeldvorming voor de behandeling van lithiasis, abcessen, letsels of stenose
TOT.PROSTATECT+VES 261796-261800 Totale prostatectomie inclusief exeresis van het vesiculair blok met urethro-vesicaal hechten
UITG.NEFRECT+GGLN/AB 261671-261682 Totale radicale of partile tumornefrectomie inclusief eventuele lymfadenectomie
URETHROTOMIE 260956-260960 Uitwendige of inwendige urethrotomie
VERV.SUPRAPUBIS.KATH 262452-262463 Vervangen van een suprapubische, ureterocutaneostomie of nefrostomie katheter.

Art 14k: Orthopedie

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
ART.PL.HEUP+TOT.PROT 289074-289085 Artroplastie van de heup met totale prothese (acetabulum en femur)
BL.FEMURFRACTUUR 276570-276581 Bloedige behandeling van een femurfractuur, ongeacht het niveau
F.TIB.ARTHR.PL+GELED 290275-290286 Arthroplastie van de knie met totale prothese
HALL.VALG.OSTEOT1+ 277115-277126 Heelkundige behandeling van hallux valgus of flexus : door meer dan n osteotomie (metatarsaal of falanx) en handeling op de weke weefsels
MED/LAT.MENISECTOMIE 276636-276640 Mediale of laterale meniscectomie, ongeacht de techniek
OPEN.RED.ONDERARM 275531-275542 Open reductie en osteosynthese van fractuur van een been van de onderarm (diepliggend materiaal ongeacht het niveau
PERCUT.NUCLEOTOM DLW 281772-281783 Heelkundige behandeling van een andere discushernia dan een cervicale
RUPT.ROTATORENKAPSEL 276076-276080 Heelkundige behandeling van een ruptuur van het rotatorenkapsel, ongeacht de techniek : door rechtstreeks herstel van n of meerdere pezen
VRIJMAKEN HANDWORTEL 287836-287840 Vrijmaken van handwortelkanaal, ongeacht de techniek
WEGN.DIEPL.PLATEN 280092-280103 Wegnemen van diepliggend synthesematerieel : platen of spijkerplaten

Art 14m: Transplantaties

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
HART+LONGTRANSPL. 318054-318065 Harttransplantatie of van hart en longen in blok
NIERTRANSPL. 318010-318021 Niertransplantatie
TOT.HEPATECT.+TRANSP 318076-318080 Totale hepatectomie gevolgd door een orthotope levertransplantatie

2 Interne

2.1 Gecumuleerde achterstand interne

2.1.1 Overzicht

Naar analogie met artikel 14 waar een achtstandsanalyse voor werd gemaakt, wordt hieronder ook een analyse voorgesteld met betrekking tot interne geneeskunde. Daarbij is uitgegaan van de top 10 per discipline inzake aantal. Hierbij werd de nomenclatuur indeling gevolgd en werden enkel prestaties weerhouden die een dagopname of klassieke hospitalisatie vereisen. Ingrepen die zeer acuut dienen te gebeuren (zoals behandeling pneumothorax) werden niet weerhouden omdat hiervoor geen achterstand kan worden opgebouwd. Tot slot werden nomenclatuurnummers die kunnen gecombineerd worden geweerd om dubbeltellingen te mijden, doch dit kan resulteren in een onderschatting van de achterstand. Het betreft dus conservatieve ramingen.

2.1.2 Bespreking

In de pneumologie (21%) en geriatrie (20%) zijn aanzienlijke achterstanden opgebouwd en ziet men nog geen kentering. De toename van deze achterstanden lijkt gestaag en niet gerelateerd aan de COVID-19 golven. Voor gastro-enterologie en neurologie ziet men een daling inzetten vanaf december tot respectievelijk 11% en 9%. Voor de cardiologie (3%) is de opgebouwde achterstand haast volledig verdwenen. Ook voor de oncologie ziet men geen achterstanden.

2.1.3 Details per verstrekking

De onderstaande grafieken geven de details van de verstrekkingen weer per sub-artikel. Curves die groen kleuren, hebben een zeer kleine of onbestaande impact op de IC-afdeling. Naarmate de kleur van de curve meer naar rood opschuift, heeft een patiënt die met deze verstrekking is behandeld een hogere kans om op de IC-afdeling te belanden.

Onder de grafiek zijn nog enkele detailgegevens per verstrekking gegeven.

Hier wordt aangegeven welke punten onze aandacht trokken. Om conclusies te kunnen trekken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van “evidence based guidelines” het beleid adviseren.

  • Cardio:

    • Voor katheterisaties met interventie zoals de PTCA is er geen achterstand meer zichtbaar. Uitzondering zijn de “percutane endovasculaire klepplastieën” met een achterstand die oploopt tot 13%. Dit is mogelijks te wijten is aan de hoge IC nood (68%) die gekoppeld is aan deze interventie.
    • Wat de elektrofysiologie (rij 4 van de grafieken) betreft zien we dat de achterstanden inzake het plaatsen en controleren van pacemakers weggewerkt zijn.
    • De uitgebreide elektrofysiologische onderzoeken hebben wel nog een aanzienlijk achterstand (13%).
    • De “hartdefibrillatie” werd toch opgenomen ondanks het feit dat een aanzienlijk deel van deze ingrepen erg dringend is en dus niet in te halen valt. Er zijn echter ook veel geplande electieve cardioversies die mogelijks vertraging hebben, jammer genoeg zijn de 2 niet van elkaar te differentiëren.
  • Gastro-enterologie:

    • De meeste gecumuleerde achterstanden zijn ingehaald met 2 opvallende uitzonderingen.
    • Ten eerste zien we een aanzienlijke achterstand inzake “ileoscopie met biopsie” (12%), doch met een licht dalende trend (inhaalbeweging).
    • Ten tweede zien we dat de achterstand inzake “totale coloscopie met biopsie” 18% bedraagt en er hier amper een daling optreedt. Voor dit onderzoek is ook een beademingstoestel, anesthesist en extra verpleegkundige (o.a. toezicht ontwaakzaal) vereist. Voor alle endoscopische interventies wordt de capaciteit bovendien mee gelimiteerd door het aantal beschikbare scopen en wasmachines. Laattijdige biopsies kunnen leiden tot een latere diagnosestelling of bijstelling van behandeling van kankers en daardoor de prognose negatief beïnvloeden.
    • De achterstand inzake endoscopische onderzoeken van het hogere spijsverteringskanaal is gedaald tot 9%, maar dit betreft een zeer groot absoluut aantal van ruim 31.000 (op jaarbasis in normale tijden 347.700 ingrepen).
    • Tot slot zien we dat de achterstand inzake endoscopische onderzoeken van rectum en sigmoïd weliswaar afneemt, maar toch nog op 10% wordt geraamd.
  • Geriatrie:

    • Grootste achterstand (30%) met slechts zeer minieme inhaalbeweging zien we voor de “evaluatie van patiënten” en de raadplegingen. Dit kan onder meer te wijten zijn aan tijdelijke sluitingen daghospitaal en overbelasting van geriaters en personeel door reeds opgenomen patiënten, minder verwijzingen,… Voor de raadplegingen kan dit mogelijks ondervangen zijn via de mogelijkheid tot tele-consultaties.
    • We stellen ook minder bijstand van geriaters elders in het ziekenhuis vast. Mogelijks werd dit opgevangen via niet-fysiek overleg.
    • Wat de prestaties inzake zaaltoezicht betreft, vertonen de eerste 5 dagen een eerder beperkte achterstand (14%), wat oploopt naar 21% voor dag 6-30 en 27% vanaf dag 31. Dit kan wijzen op kortere ligduur ten gevolge sneller ontslag of meer overlijdens.
  • Neurologie:

    • Voor EEG (behalve op ICU), EMG, motorische en somatosensitieve geëvoceerde potentialen zijn de achterstanden grotendeels of geheel verdwenen.
    • Voor de visueel geëvoceerde potentialen zien we weliswaar een inhaal, maar toch wordt de achterstand nog op 13% geraamd.
    • Er is een lichte inhaalbeweging, maar toch nog zeer aanzienlijke achterstanden, voor “holter EEG” (18%) en "polysomnografie (29%). Dit is conform de verwachtingen en deels te wijten aan het feit dat deze in ons land bijna uitsluitend in de hospitaalsetting gebeuren. In de meeste andere landen gebeurt dit op ambulante basis met uitlezing in het ziekenhuis.
  • Oncologie:

    • Geen grote achterstanden vast te stellen in de weerhouden prestaties.
    • De grootste achterstand betreft de “allogene beenmergtransplantaties” met 8%, het betrouwbaarheidsinterval is echter groot.
    • De prestaties in het kader van de supervisie van oncologiepatiënten in het dagziekenhuis vertoont meer prestaties dan in pre-COVID-19 tijd. Dit kan mogelijks wijzen op vervangingen van klassieke opnames door dagopnames of gewijzigde therapieschema’s.
    • We bemerken dat de 1e en de bijkomende MOC prestaties door de derde golf een opwaartse knik vertonen, wat aanvankelijk ook zichtbaar was voor de andere golven. Dit geeft ons inziens veeleer de sterke invloed van facturatiemomenten weer, meer dan van een reële achterstand.
    • PS De maxiforfaits werden niet mee opgenomen. Ze zijn gewijzigd in de referentiejaren m.b.t. de ramingen, wat aanleiding geeft tot onbetrouwbare schattingen. We zien hiervoor ook erg wisselende aanleveringen van de facturatiedata wat een bijkomend probleem geeft voor de ramingen.
  • Pneumologie:

    • Op 2 verstrekkingen na zien we gestaag verder stijgende achterstanden.
    • Voor de “bronchoscopies met biopsie” varieert de achterstand tussen de 12% en de 16% wat mogelijks een effect kan hebben op de diagnoses en prognoses van (nieuwe) kankerpatiënten, tenzij men alternatieven voor handen had. De grote achterstand kan deels verklaard worden door het feit dat het gaat om procedures die aerosols genereren en dus zo veel mogelijk dienden vermeden vanwege het zeer hoge besmettingsgevaar voor de uitvoerder. Deels kan het ook te wijten zijn aan het feit dat de pneumologen zeer zwaar belast waren, en nog steeds zijn, met COVID-19 zorg en nazorg in het ziekenhuis.
    • Hoogste achterstand stelt zich bij de bronchoscopies zonder interventie (34%).
    • Enkel voor de “broncho-alveolaire lavages” en “bronchoscopies voor extractie vreemde lichamen of plaatsing prothetisch element” daalt de achterstand.

CARDIO

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
CORGR.HARTCATH.MIN2S 464192-464203 Digitale coronarografie door hartcatheterisatie met minimum twee gefilmde sekwenties per overbrugging
D.CORONAG.HARTCATHER 464170-464181 Digitale coronarografie door hartcatheterisatie
BIJK.H.PTCA 2°+STENO 589035-589046 Bijkomend honorarium bij de verstrekking 589013-589024 voor de behandeling van minimum 2 coronaire vaten tijdens eenzelfde procedure met name : de rechter coronair (kransslagadersegmenten nrs. 1 tot en met 4) en/of de hoofdstam (kransslagadersegment nr. 5) en/of de linkercoronair (kransslagadersegmenten nrs. 6 tot en met 10) en/of de circumflexa (kransslagadersegmenten nrs. 11 tot en met 15) en/of saphena of arterile (mammaria) enten.
PERC.AO.KL.PL. 589190-589201 Percutane endovasculaire plastiek van de aortaklep, van een aangeboren misvorming van de aorta, van de pulmonalisklep, de mitralisklep, de tricuspidklep of fulguratie van een klep inclusief de manipulaties en controles tijdens de behandeling en de gebruikte catheters, exclusief de dilatatiecatheter(s) en farmaca en de kontrastmiddelen, maximum per operatiezitting
PTCA 589013-589024 Percutane endovasculaire dilatatie met of zonder plaatsing van stent(s) onder controle door medische beeldvorming van een vernauwing en/of occlusie van een kransslagader, inclusief de manipulaties en controles tijdens de behandeling en al het gebruikte materieel, met uitsluiting van de dilatatiecatheter, de farmaca en de contrastmiddelen. Voor het geheel van de kransslagaders
ATRIOVENT.NOD.TACHYC 589492-589503 Elektrofysiologisch onderzoek en percutane ablatie ter behandeling van een atrioventriculaire nodale re-entry tachycardie, een atrioventriculaire re-entry tachycardie (over Kent-bundel) of een rechter atriale ectopische tachycardie door gerichte ablatie van het aritmiecircuit of van de aritmiefocus
E.FYS.OND.HART 476276-476280 Uitgebreid elektrofysiologisch onderzoek zonder ablatie voor het opwekken en beindigen van tachycardien met behulp van drie of meer catheters,inclusief afname van bloedstalen, radioscopische en electrocardiografische controles, toediening van farmaca en contraststoffen, met protocol en tracs
HARTDEFIBRILL. 475016-475020 ** Electrische defibrillatie van het hart, inclusief electrocardiografische controle tijdens bewerking
LINKS.ATRIAL.FLUTTER 589551-589562 Elektrofysiologisch onderzoek en percutane ablatie ter behandeling van een linker atriale flutter (door gerichte ablatie van het aritmiecircuit of van aritmiefocus) of atriale fibrillatie (door isolatie of circumferentile ablatie van de pulmonaalvenen)
PERC.PL.INTRAC.EL.TR 475974-475985 Percutane plaatsing van (n of meer) blijvende intracavitaire elektrode(n) langs transveneuze weg
CONT.PACEM.A.I.C.D. 475893-475904 Controle van de deugdelijkheid en/of herprogrammatie van een hartdefibrillator, met meting van de stimulatie- en gevoeligheidsdrempel en met evaluatie van de performantie van de defibrillator, met protocol en tracs
CONT.PACEM.D.D.D. 475871-475882 Controle van de deugdelijkheid en/of herprogrammatie van een tweekamerpacemaker (DDD) of een driekamerpacemaker (CRT-P), met ondervraging van het geheugen en meting van de stimulatie- en gevoeligheidsdrempel, met protocol en tracs
HARTCATH./VV+PUNC 476033-476044 Hartcatheterismen buiten het continu toezicht op de hartfunctie - Hartcatheterismen met grafisch registreren van de drukcurven op verschillende niveaus, inclusief eventueel de afnamen van bloedmonsters voor doseren, de radioscopische controles met televisie, de elektrocardiografische controles, de denudatie en de inspuiting van contrastmiddelen met of zonder krachtsinspanningsproef of farmacodynamische proef, met protocol en tracs (mogen niet worden gecumuleerd met de raadplegingen) : langs ven
HARTCATH/ADERS 476011-476022 Hartcatheterismen buiten het continu toezicht op de hartfunctie - Hartcatheterismen met grafisch registreren van de drukcurven op verschillende niveaus, inclusief eventueel de afnamen van bloedmonsters voor doseren, de radioscopische controles met televisie, de elektrocardiografische controles, de denudatie en de inspuiting van contrastmiddelen met of zonder krachtsinspanningsproef of farmacodynamische proef, met protocol en tracs (mogen niet worden gecumuleerd met de raadplegingen) : langs ven
HARTCATH/ART+VV 476070-476081 Hartcatheterismen buiten het continu toezicht op de hartfunctie - Hartcatheterismen met grafisch registreren van de drukcurven op verschillende niveaus, inclusief eventueel de afnamen van bloedmonsters voor doseren, de radioscopische controles met televisie, de elektrocardiografische controles, de denudatie en de inspuiting van contrastmiddelen met of zonder krachtsinspanningsproef of farmacodynamische proef, met protocol en tracs (mogen niet worden gecumuleerd met de raadplegingen) : langs ven

GASTRO

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
ECH.END+PUNCTIE 473874-473885 Een of meer afnamen van weefsel met behulp van een naald doorheen de wand van het spijsverteringskanaal, door middel van echo-endoscopie
ECH.ENDOSC.BOV.GI.TR 473852-473863 Onderzoek van het hogere spijsverteringskanaal en de naburige organen met een echo-endoscoop
ENDOSC.DILAT.STRICT 473815-473826 Dilatatie van een of meer stricturen van het spijsverteringskanaal, door middel van endoscopie
GALW.PL.DILAT.PROT/S 473712-473723 Inbrengen van een prothese in de gal- of pancreaswegen, door middel van endoscopie
HEMOSTASIS URGENT 473771-473782 Hemostase van het spijsverteringskanaal, door middel van endoscopie
ILEOSC.~BIOPS 473432-473443 Onderzoek van het ileum door middel van endoscopie
OND.SPYSVERTKAN.END 473056-473060 Onderzoek van het hogere spijsverteringskanaal door middel van endoscopie
RECTOSIGM.COLOSC.L 472452-472463 Onderzoek van het rectum en van het sigmod of het colon tot de linkerhoek van het colon, door middel van endoscopie
RETROGR.CHOLANGIOWIR 473830-473841 Extractie van een of meer gal- of pancreasstenen tijdens een cholangiopancreatografie door middel van endoscopie
TOT.COLONOSC.~BIOPS 473174-473185 Onderzoek van het colon tot de ileocoecale klep, door middel van endoscopie

GERIA

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
GER.EV+VERSL.GERIATR 102233-102244 Pluridisciplinaire geriatrische evaluatie door de geneesheer-specialist in de geriatrie, met verslag aan de voorschrijvende huisarts
GERIATRIE > 75 599034-599045 Honorarium voor het onderzoek door de geneesheer-specialist in de geriatrie, uitgevoerd bij n op een andere dienst dan G (300) opgenomen rechthebbende, vanaf 75 jaar, op voorschrift van de geneesheer-specialist niet-geriater, die het toezicht uitoefent
GERIATRIE > 75 599056-599060 Honorarium voor het geriatrisch ontslagonderzoek door de geneesheer-specialist in de geriatrie, bij een rechthebbende vanaf 75 jaar opgenomen in een dienst geriatrie G (300)
RPL.SPK.GERIAT+VERSL 102896-102900 Raadpleging in de spreekkamer door een geneesheer-specialist in de geriatrie, inclusief eventueel schriftelijk verslag
TOEZ.G.1°5°/INT 599115-599126 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor in de geriatrie, op een in een dienst G opgenomen zieke : de eerste vijf dagen, per dag
TOEZ.G.31°+/INT 599152-599163 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor in de geriatrie, op een in een dienst G opgenomen zieke : de eenendertigste dag en volgende dagen, per dag
TOEZ.G.6°30°/INT 599130-599141 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor in de griatrie, op een in een dienst G opgenomen zieke : van de zesde tot en met de dertigste dag, per dag

NEURO

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
477142.PAT.INT.ZORG 478170-478181 verstrekking 477142 wanneer ze uitgevoerd wordt op een opgenomen patint in een erkende functie voor intensieve zorg
EEG 477131-477142 Elektro-encefalografie
EEG HOLTER 477411-477422 Continu elektroncefalografisch registreren gedurende ten minste 24 uur door middel van een draagbaar toestel (techniek van het Holtertype) met minimum 4 derivaties, inclusief de raadpleging bij het plaatsen en het wegnemen van het toestel, met protocol en uittreksels uit de tracs
HN.INTAKE.CVA.ACCRED 477735-477746 Honorarium voor de geaccrediteerde geneesheer- specialist in de neurologie voor de cordinatie van de diagnostische oppuntstelling en van het opstellen van een behandelingsplan door een multidisciplinair beroertezorgteam bij de intake van een rechthebbende die wordt opgenomen omwille van een recent cerebrovasculair accident (CVA)
HN.ZORGPLAN.CVA.ACCR 477772-477783 Honorarium voor de geaccrediteerde geneesheer-specialist in de neurologie voor de cordinatie van een multidisciplinair beroertezorgteam om een zorgplan op te stellen voor een rechthebbende die is opgenomen omwille van een cerebrovasculair accident (CVA)
EMG 477116-477120 Elektromyografie, door middel van een naaldelektrode.
MOTORISCHE.POT. 478111-478122 Registratie van de motorische gevoceerde potentialen
POLYSOMNOGR+1J 477374-477385 Polysomnografie na de leeftijd van n jaar
SOMASENSITIEVE.POT. 478096-478100 Registratie van de somatosensitieve gevoceerde potentialen
VISUELE.POTENTIALEN 478052-478063 Registratie van de visuele gevoceerde potentialen

ONCO

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
1eMOC.GEATT.GEN.COO 350372-350383 Eerste multidisciplinair oncologisch consult (eerste MOC), geattesteerd door de geneesheer-cordinator
ALL.TR.HEMAT.STAM 470654-470665 Allogene transplantatie van hematopoetische bloedstamcellen
AUT.TR.MYELOABL 470632-470643 Autologe transplantatie van hematopoetische bloedstamcellen na myeloablatie
BIJKOMENDE MOC 350291-350302 Bijkomend multidisciplinair oncologisch consult (bijkomende MOC) in een ander ziekenhuis dan dit van het eerste MOC, op doorverwijzing, geattesteerd door de geneesheer-cordinator
HONCOÖR.ZORGPR.ONCOL 598570-598581 Cordinatiehonorarium in het kader van het zorgprogramma oncologie voor het verblijf van een patint in het dagziekenhuis voor een antitumorale medicamenteuze behandeling
RPL.SPK.GNH.SP.M.ONC 102270-102281 Raadpleging in de spreekkamer, door een geneesheer-specialist in de medische oncologie, inclusief een verplicht schriftelijk verslag aan de behandelende arts

NOOT: Het nomenclatuurnummer 102270 (Raadpleging in de spreekkamer, door een geneesheer-specialist in de medische oncologie, inclusief een verplicht schriftelijk verslag aan de behandelende arts) bevat ook het nomenclatuurnummer 102292, zodat de honoraria van geaccrediteerde en niet-geaccrediteerde geneesheren geaggregeerd worden.

PNEUMO

Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
BRONCHOSC.~AFN 471715-471726 Bronchoscopie zonder afname voor biopsie
BRONCHOSC+ AFNAME 471811-471822 Bronchoscopie met perifere pulmonaire afnamen voor biopsie (ofwel veelvuldige afnamen, minimum 5, ofwel geleide afname in geval van perifere tumor), inclusief de eventuele radioscopische controle
BRONCHOSC+ALV.WASS 471774-471785 Bronchoscopie met bronchoalveolair wassen (min. 100 ml)
BRONCHOSC+BIOPS 471730-471741 Bronchoscopie met afname voor biopsie, en/of verwijderen van tumors, en/of coagulatie van letsels
BRONCHOSC+COAL 471796-471800 Bronchoscopie met extractie van vreemde lichamen of plaatsing van een prothetisch element
ECH-END:BR+PUNC.EX.W 471855-471866 Echo-endoscopie van de bronchi met punctie van extramuraal weefsel (disposable materiaal niet inbegrepen)

3 Psychiatrie

3.1 Gecumuleerde achterstand psychiatrie

3.1.1 Overzicht

Om een eerste zicht te hebben op de evolutie in de geestelijke gezondheidszorg is gekeken naar veelvoorkomende prestaties die gelinkt zijn aan de ziekenhuissetting. In de linkergrafiek staan de geaggregeerde verstrekkingen aangerekend in de acute (algemene en universitaire) ziekenhuizen en in de rechtergrafiek deze aangerekend in de psychiatrische ziekenhuizen.

3.1.2 Bespreking

De gecumuleerde zorgachterstand t.o.v. pre-COVID-19 tijden bereikte volgens onze ramingen een piek in november 2020. In die maand liep de geraamde zorgachterstand op tot 11% in de acute ziekenhuizen en 10% in de psychiatrische ziekenhuizen. We zien dat vanaf december een inhaalbeweging op gang is gekomen. Deze stagneerde vanaf het begin van de derde golf. De gecumuleerde zorgachterstand eind mei nam af tot een 8% in de acute ziekenhuizen en een 6% in de psychiatrische ziekenhuizen. Let wel, hierbij is geen rekening gehouden met de mogelijke impact (Simpson et al. 2021) van de toename aan psychische klachten in de algemene populatie ten gevolge de pandemie. We hadden hierover geen data ter beschikking.

3.1.3 Details per verstrekking

In de volgende grafiek zijn de achterstanden in de psychiatrie op het niveau van de nomenclatuurnummers weergegeven. Elke rij stelt een verstrekking voor die per kolom is uitgesplitst tussen acute ziekenhuizen (AZ) en psychiatrische intstellingen (PZ). Verschillen tussen beide zijn er nauwelijks vast te stellen.

We geven hier slechts aan welke punten onze aandacht trokken. Om conclusies te kunnen trekken is het belangrijk dat de grafieken ten gronde worden besproken op de diverse fora waar experts per discipline en op basis van “evidence based guidelines” het beleid adviseren.

  • De toezichtshonoraria in de A diensten voor volwassenen (eerste 3 rijen van de grafieken)

    • Deze zijn opgedeeld volgens dag (1-12, 13-30 en 31-90). We zien dat vanaf januari een lichte inhaalbeweging op gang was gekomen. Voor dag 1-12 was er een vrij vergelijkbare achterstand in de acute ziekenhuizen (8%) en psychiatrische ziekenhuizen (9%). Voor toezicht van dag 13-30 was dit in AZ 11% en in PZ 7%, dit verschil zien we ook na dag 30 (9 versus 5%).
  • De toezichtshonoraria van de kinderpsychiatrische diensten (rij 4 en 5)

    • Voor de eerste 12 dagen daalt de achterstand sinds december. De betrouwbaarheidsmarges zijn echter breed. Eind mei zien we geen achterstand (Leeb et al. 2020) meer in prestaties t.o.v. pre-COVID-19 tijden.
    • De honoraria die men kan aanrekenen van dag 13-90 dalen eveneens vanaf december. We zien dat er eind mei een duidelijk negatieve achterstand is. Deze bedraagt -5% in de acute ziekenhuizen en -17% in de psychiatrische ziekenhuizen. Dit wijst vermoedelijk op een toename in de (langdurige) zorgverstrekkingen waardoor er langer intramurale zorg wordt verstrekt dan de ramingen pre-COVID-19 aangeven (cave breed betrouwbaarheidsinterval, dus trend verder op te volgen). We hadden wel eerder een stijging verwacht in de toezichtshonoraria voor de eerste 12 dagen.
    • De impact van de derde golf lijkt hier ook veel minder, met voor bepaalde prestaties grotere aantallen dan pre-COVID-19.
  • De “1e psychiatrische onderzoeken op vraag van de behandelende arts” (rij 6)

    • Deze vertonen een gestage toename van de achterstand tot 19% eind mei. Dit kan te wijten zijn aan het feit dat er minder patiënten waren in het ziekenhuis in totaal waardoor psychiaters minder in consult zijn geroepen, ook het feit dat COVID-19 patiënten niet of erg moeilijk konden worden bezocht door de isolatiemaatregelen kan impact gehad hebben hierop.
    • Deze verstrekking is voor de psychiatrische ziekenhuizen (PZ) blanco gelaten, omdat ze in weze zonder voorwerp is. De enkele aanrekeningen die we hier toch vaststelden tonen vermoedelijk per vergissing aangerekende prestaties in de psychiatrische ziekenhuizen.
  • De intake onderzoeken (rij 7)

    • Deze hadden een achterstand van 9 à 10 % in november en tonen een zeer geleidelijke afname tot 5 à 6% eind mei. Dit honorarium kan echter worden aangerekend in de A, K, T of Sp Psychogeriatrie zodat het geen duidelijk beeld geeft van de specifieke diensten.
Verstrekking Nomenclatuur Beschrijving
TOEZ.AK.1°12°/PSY 598415-598426 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor psychiatrie op een in een dienst A opgenomen rechthebbende : de eerste twaalf dagen, per dag
TOEZ.AK.13°30°/PSY 598430-598441 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor psychiatrie op een in een dienst A opgenomen rechthebbende : van de dertiende tot en met de dertigste dag, per dag
TOEZ.A.31°90°D/PSY 598452-598463 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor psychiatrie op een in een dienst A opgenomen rechthebbende : van de eenendertigste tot en met de negentigste dag, per dag
TOEZ.K.1°12°D/PSY 598850-598861 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor de psychiatrie op een in een dienst K opgenomen rechthebbende : de eerste twaalf dagen, per dag
TOEZ.K.13°-90°D/PSY 598894-598905 Toezicht door een geneesheer die is erkend als specialist voor neuropsychiatrie of voor de psychiatrie op een in een dienst K opgenomen rechthebbende : van de dertiende tot en met de negentigste dag, per dag
1°PSY.OND+RAPP 599432-599443 Honorarium voor het eerste psychiatrisch onderzoek, uitgevoerd binnen de dienst waar een in een ziekenhuis opgenomen rechthebbende verblijft, door een geneesheer specialist voor psychiatrie op voorschrift van de geneesheer die op hem toezicht uitoefent, met een centraal liaison dossier
HON.PSYCH.INT-ONDERZ 597715-597726 Honorarium voor het psychiatrisch intake-onderzoek met verslag voor de patint opgenomen op een dienst A, K, T of een Sp-psychogeriatrie van een ziekenhuis uitgevoerd door een geneesheer-specialist in de psychiatrie of in de neuropsychiatrie

NOOT: De nomenclatuurnummers 598426 en 598861 (Toezichtshonoraria op diensten A/K tijdens de eerste 12 dagen) bevatten ook de respectievelijke nomenclatuurnummers 598161 en 598883, zodat de honoraria van geaccrediteerde en niet-geaccrediteerde geneesheren geaggregeerd worden.

4 Medische beeldvorming

4.1 Overzicht

In onderstaande grafiek wordt per toesteltype en anatomische regio de evolutie getoond van het aantal prestaties doorheen de tijd. De rode verticale lijn geeft het begin van de COVID-19 pandemie weer.

4.2 Bespreking

Vooral de eerste golf (voorjaar 2020) heeft een duidelijke impact gehad op het aantal prestaties medische beeldvorming. De 2 andere golven hebben aanzienlijk minder impact gehad.

We zien voor CT en MRI (ledematen / schedel / wervelzuil/ thorax) ook een “inhaalbeweging” begin 2021 en een terugval tot basislijn naar de zomer toe. Specifiek voor de beeldvorming van de thorax valt op dat de “CT - Thorax” een zeer gevoelige stijging doorgemaakt heeft vanaf de eerst COVID-19 golf en fors (bijna 150%) boven de basislijn blijft. Dit is conform de verwachtingen, aangezien deze werden aangewend in de diagnostiek en opvolging van COVID-19 patiënten.

Wat de nucleaire beeldvorming betreft, zien we voor SPECT en PET onderzoeken eveneens een “inhaalbeweging” begin 2021 met vooral een terugval voor de SPECT onderzoeken tot de basislijn in mei.

5 Inlooptijd zorgachterstand

5.1 Overzicht

Deze ramingen zijn gebaseerd op de beschikbare facturatiedata tot en met april 2021.

Om de ramingen van de inlooptijd te maken werd gebruik gemaakt van een geavanceerde raming inzake achterstanden1. Er zijn echter verschillende factoren die een impact kunnen hebben op de inhaalbeweging doch waarvan we geen cijfers hebben en dus ook niet voor kunnen corrigeren.

  • Werken in “coronaveilige” omstandigheden vergt vaak extra tijd, hoeveel extra tijd en voor welke ingrepen en welke patiënten is niet bekend.
  • We hebben geen zicht op welke zorg ondertussen is weggevallen of kan wegvallen. Dit kan door velerlei factoren: succesvol conservatief behandelde klachten, spontaan verdwenen klachten, pathologie die zich niet of anders presenteerde (griep, ongevallen,…), patiënten die er niet meer zijn, …
  • We hebben geen zicht op de nieuwe bijkomende zorgnoden, die post-Covid (vb long-Covid) of ten gevolge vertragingen van de reguliere zorg) zijn ontstaan.
  • De mate van te bereiken efficiëntiewinst (Brownlee et al. 2017), via striktere wetenschappelijke indicatiestelling op basis EBM richtlijnen is moeilijk in 1 cijfer te vatten en vaak streekgebonden2.
  • De mate van bijkomende COVID-19 belasting door golf 4 en volgende is niet geweten.
  • Er zijn geen data over de evolutie van de uitval en het verloop van zorgpersoneel en artsen.
  • Tot slot dient nog benadrukt dat hier geen aselecte steekproeven aan verstrekkingen werden gehanteerd en dus de bevindingen niet zomaar kunnen geëxtrapoleerd worden naar het geheel der verstrekkingen.

De vele onbekende factoren dienen steeds in het achterhoofd te worden gehouden bij de interpretatie van de geraamde inlooptijden. De tijden zijn dus indicatief en een oversimplificatie van de realiteit.

Type verstrekkingen
Capaciteits-/efficiëntie verhoging
Achterstand tem april 2021 (%)
Evolutie tov december 2020 (% punt)
+5% +10% +25%
Chirurgie essentieel 1.17 j 0.58 j 0.23 j 5.84 -2.27
Chirurgie gemengd 1.24 j 0.62 j 0.25 j 6.18 -5.80
Chirurgie niet-essentieel 4.55 j 2.27 j 0.91 j 22.74 -2.35
endoscopie.(kleine.procedure) 0.26 j 0.13 j 0.05 j 1.28 -7.45
percutane.coronaire.interventie.(pci)
(geen) -3.58

5.2 Bespreking

De forse inhaalbeweging begin dit jaar doet de totale achterstand krimpen. De meest uitgesproken afname zien we bij de endoscopieën (daling met 7,45% punt). De grootste achterstand komt voor in de niet-essentiële ingrepen waarin nog een deel “overuse” vervat zit. Voor de inlooptijden blijft ons inziens het scenario waarin 5% boven de normale capaciteit wordt gewerkt het meest realistisch. Dit omwille van 3 belangrijke onzekerheidsfactoren:

  • In golf 3 is er opnieuw een toename van de opgebouwde achterstanden en we weten niet wat golf 4 zal betekenen,
  • Er is geen data beschikbaar inzake personeelsuitval en personeelsverloop. Dit is echter cruciale informatie om de beschikbare capaciteit te kennen.
  • Er is geen zicht op de impact van het griepseizoen deze winter. Vorig jaar bleef het griepseizoen achterwege wat een groot verschil in beschikbare wintercapaciteit betekende.

De inlooptijden voor essentiële en gemengde heelkundige verstrekkingen wordt op respectievelijk 14 maanden (1,17jaar) en 15 maanden (1,24 jaar) geraamd en op 4 jaar en 7 maanden (4,55 jaar) voor de niet essentiële. Voor niet-essentiële ingrepen is dit een “worst case” scenario waarin onder meer alle “overuse” zou worden ingehaald. Dit is uiteraard niet de bedoeling.
Voor de percutane coronaire interventies (PCI) is de achterstand reeds bijgewerkt en voor endoscopie is de achterstand fel verminderd tot een inlooptijd van iets meer dan 3 maand (0,26 jaar). Als controle van onze methode hebben we een sensitiviteitsanalyse uitgevoerd door de resultaten met de huidige data te vergelijken met de ramingen berekend in december 2020. Hierbij zien we dat de meeste schattingen stabiel bleven (+/-1%). Een uitzondering zijn de Multidisciplinaire Oncologische Consulten, waarbij de eerdere geraamde achterstand het gevolg was van een facturatieachterstand. Voor de PCI’s werd een lagere raming bekomen met gebruik van de meest recente data. Alle caveats zoals vermeld in de methodologie dienen steeds in het achterhoofd te worden gehouden bij de interpretatie van deze geraamde inlooptijden. Ze zijn dus louter indicatief en een simplificatie van de realiteit.

6 Opnames op dienstniveau

6.1 Overzicht

Elk van de panelen in de grafiek hieronder vertegenwoordigt één van de ziekenhuisdiensten. De zwarte bullets geven de geobserveerde aanmeldingen aan per week in pre-Covidtijden. Het gaat hier enkel over aanmeldingen in klassieke hospitalisatie op basis van de flux 721bis. De zwarte lijn vertegenwoordigt de gemodelleerde of verwachte aantal aanmeldingen per week in de veronderstelling dat er geen Covidcrisis zou hebben plaatsgevonden. Deze verwachte lijn houdt rekening met eventuele seizoenschommelingen, een algemene lange-termijntrend, schoolvakanties en feestdagen. Op basis van gegevens voor de Covidcrisis kan deze lijn worden doorgetrokken naar de Covidcrisis. De rode bullets zijn de geobserveerde aantal aanmeldingen vanaf medio maart 2020, de start van de covidcrisis. De Y-assen in de grafiek hebben niet dezelfde schaal.

6.2 Bespreking

De terugval in opnames was het minst uitgesproken tijdens de derde golf, we zien weinig uitgesproken opnamedips in de meeste diensten. Aangezien de (piek)belasting voor de ziekenhuizen ook aanzienlijk lager bleef dan tijdens de 2 vorige golven is dit conform de verwachtingen.

Op de afdeling 210 (chirurgie) was de terugval iets groter dan voor 220 (interne). Bijzonder is dat de opname data voor pediatrie3 (230) en geriatrie (300) iets hoger lagen dan geraamd vanaf mei 2021. De opnames op Neonatologie (190 en 270), Intensieve zorgen (490) en revalidatie (610-660) liggen beduidend lager dan in pre-Covid-19 tijden. De daling in neonatologie ziet men ook in andere landen (Hedermann et al. 2020; Maeda et al. 2020) de verklaringen hiervoor worden nog onderzocht. De daling in ICU opnames is onder meer te wijten aan de lange ligduur van COVID-19 patiënten. De daling inzake revalidatie is deels te verklaren door de daling in electieve chirurgie.

7 Conclusies

Over het algemeen is er een aanzienlijke inhaalbeweging in februari en maart, zowel bij de chirurgische, de internistische als de psychiatrische verstrekkingen. Tijdens de derde golf in april en mei stagneert deze inhaalbeweging of lopen de achterstanden terug op. Aandachtspunten ter verdere bespreking met experts en ter verdere toetsing aan “Evidence Based Medicine” richtlijnen zijn:

  • De heelkundige verstrekkingen vertonen tijdens de derde golf in het overgrote deel van de disciplines een eerder beperkte terugval. Voor een deel van de verstrekkingen lopen de gecumuleerde achterstanden terug op. Het valt op dat, in tegenstelling tot de vorige golven, de niet-essentiële verstrekkingen het minst lijken terug te vallen. Deze trend benadrukt de nood aan nationale prioriteitscriteria.

  • Enkele heelkundige verstrekkingen vertonen een aanzienlijke achterstand (20%) en kunnen een sterke impact hebben op de levenskwaliteit en/of levensverwachting. Het gaat hierbij om verschillende open hartoperaties, bepaalde revascularisaties en de transplantaties van hart, hart-long en nieren. Deze ingrepen vertonen ook relatief weinig inhaalbeweging. Het is belangrijk hiervoor afdoende capaciteit te vrijwaren zowel op het operatiekwartier als op intensieve zorgen. We zien vergelijkbare achterstanden voor cataractingrepen (20%). Maar het is niet uit te sluiten dat een beperkt deel hiervan te wijten is aan een striktere indicatiestelling. Er is namelijk geen eensgezindheid in de literatuur over de impact op de levenskwaliteit bij opereren van patiënten met nog redelijk goed zicht. Daarnaast vertonen de hemicolectomies een achterstand van 12% die extra aandacht verdient, doch eventueel kan kaderen in aangepaste behandelschema’s tijdens de COVID-19 pandemie.

  • De achterstanden voor verschillende electieve heelkundige ingrepen zijn groot en nemen gestaag toe. Hierbij zijn echter meerdere ingrepen met gekend “overuse,” zoals de meniscectomies, amygdalectomies, transtympanale drains,… Voor ingrepen zoals bijvoorbeeld neustussenschotcorrecties, varicesingrepen en besnijdenissen is de grens tussen medische indicaties en andere overwegingen vaak moeilijk te bepalen. Het feit dat de achterstanden bij de meeste ingrepen met gekend “overuse” hoog zijn, wijst -in algemene zin- op een correcte indicatie- en prioriteitstelling. Een uitzondering vormen de “gastric bypass” operaties, waarbij ondertussen zelfs meer ingrepen uitgevoerd werden dan in pre-Covid-19 tijden. Dit past niet bij een correcte medische prioriteitsstelling.

  • De meeste oncologische verstrekkingen (chirurgische en andere) zijn over het algemeen behoorlijk goed gevrijwaard. Ze vertonen weinig tot geen achterstanden volgens onze data. Er zijn wel aandachtspunten zoals de allogene beenmergtransplantaties, de hemicolectomies en de bronchoscopies, ileoscopies en coloscopies met biopsie. De aanzienlijke achterstanden bij verschillende endoscopische onderzoeken met biopsie (pneumologisch en gastro-enterologisch) kunnen mogelijks de diagnosestelling of opvolging van kankerpatiënten negatief beïnvloeden.

  • Voor de interne disciplines zijn er vooral bij de pneumologie en de geriatrie hoge achterstanden (20%), dit in combinatie met het uitblijven van een inhaalbeweging. De achterstand inzake evaluatie-onderzoeken en algemene consultaties in de geriatrie is zelfs opgelopen tot 30%, mogelijks zijn deze deels ondervangen via tele-geneeskunde. De hoge werkdruk op geriaters en pneumologen en hun assistenten zal dus nog een hele tijd aanhouden. Voor de gastro-enterologie en de neurologie nemen de achterstanden af. Voor de cardiologie is de achterstand zo goed als weggewerkt.

  • Voor de psychiatrische verstrekkingen zien we een gelijklopende inhaalbeweging in de acute en de psychiatrische ziekenhuizen vanaf december. Aandachtspunt vormen de oplopende achterstanden inzake psychiatrische consulten op vraag van de behandelende arts in de acute ziekenhuizen. In de kinderpsychiatrie zien we meer “toezichtshonoraria bij langere ligduur” dan geraamd. Dit wijst op veelal langere opnames, maar niet op meer opnames.

  • Voor de zware medische beeldvorming (CT en MRI) was er eveneens een inhaalbeweging begin 2021 met een beperkte impact van de derde golf. We zien een aanhoudend sterk verhoogd aantal “Thorax CT’s” ten opzichte van de basislijn. Dit is conform de verwachtingen, aangezien deze werden aangewend in de diagnostiek en opvolging van COVID-19 patiënten. Bij de nucleaire beeldvorming met SPECT en PET is er eveneens een “inhaalbeweging” begin 2021 met een terugval voor de SPECT onderzoeken tot de basislijn in mei.

Inzake de ramingen van de inlooptijden blijft ons inziens het scenario waarin gemiddeld 5% boven de normale capaciteit zou worden gewerkt toch het meest realistisch. Dit omwille van 3 belangrijke onzekerheidsfactoren; geen zicht op impact door golf 4, geen data inzake personeelsuitval en personeelsverloop en geen zicht op wat de impact van het griepseizoen deze winter zal betekenen. De inlooptijden voor essentiële en gemengde chirurgische ingrepen worden daarom op respectievelijk 1,17 en 1,24 jaar geraamd en op 4,55 jaar voor de niet essentiële. Voor die laatste is 4,55 jaar een “worst case” scenario waarin alle “overuse” zou worden ingehaald. Dit is uiteraard niet de bedoeling en zal sterk afhangen van preventieve maatregelen tegen het inhalen van gekend “overuse” (Ellen et al. 2018). Voor de percutane coronaire interventies (PCI) is de achterstand reeds bijgewerkt en voor endoscopie is de achterstand fel verminderd tot 0,26 jaar.

De zorgachterstand door COVID-19 (Carr et al. 2021; Iacobucci 2021; Teja et al. 2021; Meneghini 2021) leidt internationaal tot volgende vaststellingen: inhaalprioriteiten zijn essentieel, extra capaciteit is noodzakelijk en een verhoogde efficiëntie kan deels de capaciteitsverhoging versterken. De efficiëntiewinsten bestaan vooral uit het niet inhalen van een deel van de ingrepen waarbij “overuse” bekend is.

8 Aanbevelingen

Voor de aanbevelingen verwijzen we naar het relanceplan ter zake voor de ziekenhuizen.

Referenties

Aubert, Olivier, Daniel Yoo, Dina Zielinski, Emanuele Cozzi, Massimo Cardillo, Michael Dürr, Beatriz Domı́nguez-Gil, et al. 2021. COVID-19 Pandemic and Worldwide Organ Transplantation: A Population-Based Study.” The Lancet Public Health, August. https://doi.org/10.1016/s2468-2667(21)00200-0.
Black, N, J Browne, J van der Meulen, L Jamieson, L Copley, and J Lewsey. 2008. “Is There Overutilisation of Cataract Surgery in England?” British Journal of Ophthalmology 93 (1): 13–17. https://doi.org/10.1136/bjo.2007.136150.
Brownlee, Shannon, Kalipso Chalkidou, Jenny Doust, Adam G Elshaug, Paul Glasziou, Iona Heath, Somil Nagpal, et al. 2017. “Evidence for Overuse of Medical Services Around the World.” The Lancet 390 (10090): 156–68. https://doi.org/10.1016/s0140-6736(16)32585-5.
Carr, Andrew, James A Smith, Jenny Camaradou, and Daniel Prieto-Alhambra. 2021. “Growing Backlog of Planned Surgery Due to Covid-19.” BMJ, February, n339. https://doi.org/10.1136/bmj.n339.
Devriese, S., M. L. Lambert, M. Eyssen, S. Van De Sande, J. Poelmans, H. Van Brabandt, W. Sermeus, J. Vlayen, and D. Ramaekers. 2005. “Prospectief Bepalen van de Honoraria van Ziekenhuisartsen Op Basis van Klinische Paden En Guidelines: Makkelijker Gezegd Dan Gedaan.” KCE Reports Vol. 18A. Brussels: Belgian Health Care Knowledge Centre (KCE). https://kce.fgov.be/nl/publication/report/prospectief-bepalen-van-de-honoraria-van-ziekenhuisartsen-op-basis-van-klinische-.
Ellen, Moriah E., Michael G. Wilson, Marcela Vélez, Ruth Shach, John N. Lavis, Jeremy M. Grimshaw, and Kaelan A. Moat. 2018. “Addressing Overuse of Health Services in Health Systems: A Critical Interpretive Synthesis.” Health Research Policy and Systems 16 (1). https://doi.org/10.1186/s12961-018-0325-x.
Hedermann, Gitte, Paula Louise Hedley, Marie Bækvad-Hansen, Henrik Hjalgrim, Klaus Rostgaard, Porntiva Poorisrisak, Morten Breindahl, et al. 2020. “Danish Premature Birth Rates During the COVID-19 Lockdown.” Archives of Disease in Childhood - Fetal and Neonatal Edition 106 (1): 93–95. https://doi.org/10.1136/archdischild-2020-319990.
Iacobucci, Gareth. 2021. “Covid-19: NHS to Trial Rapid Diagnostics and Saturday Clinics to Tackle Elective Care Backlog.” BMJ, May, n1243. https://doi.org/10.1136/bmj.n1243.
Javed, U, K McVeigh, N W Scott, and A Azuara-Blanco. 2015. “Cataract Extraction and Patient Vision-Related Quality of Life: A Cohort Study.” Eye 29 (7): 921–25. https://doi.org/10.1038/eye.2015.70.
Jenco, Melissa. 2021. “AAP Releases Interim Guidance on Preventing RSV During Delayed Season.” 2021. https://www.nasa.gov/nh/pluto-the-other-red-planet.
Leeb, Rebecca T., Rebecca H. Bitsko, Lakshmi Radhakrishnan, Pedro Martinez, Rashid Njai, and Kristin M. Holland. 2020. “Mental Health-Related Emergency Department Visits Among Children Aged >18 Years During the COVID-19 Pandemic - United States, January 1 - October 17, 2020.” MMWR. Morbidity and Mortality Weekly Report 69 (45): 1675–80. https://doi.org/10.15585/mmwr.mm6945a3.
Maeda, Yuto, Masaki Nakamura, Hideki Ninomiya, Kohei Ogawa, Haruhiko Sago, and Atsushi Miyawaki. 2020. “Trends in Intensive Neonatal Care During the COVID-19 Outbreak in Japan.” Archives of Disease in Childhood - Fetal and Neonatal Edition 106 (3): 327–29. https://doi.org/10.1136/archdischild-2020-320521.
Meeus, Pascal, Virginie Dalcq, Delphine Beauport, Michaël Vande Velde, Lucien Hoekx, Kathleen Sierens, and Benjamin Swine. 2021a. “Cataract Operatie - Variaties in Medische Praktijken - Analyse van de Verdeling En de Evolutie van de Medische Praktijk in Aantallen En Volumes Per Verzekerde in België (Analyses En Trends Per Gewest, Provincie En Arrondissement) Voor Het Jaar 2019.” RIZIV – Dienst voor Geneeskundige Verzorging – Directie Onderzoek, Ontwikkeling en Kwaliteitspromotie, Cel Doelmatige Zorg. 2021. https://www.gezondbelgie.be/nl/medische-praktijkvariaties/zintuigen/ogen/cataract-nl.
———. 2021b. “Meniscectomie (15 Jaar En Ouder) - Variaties in Medische Praktijken - Analyse van de Verdeling En de Evolutie van de Medische Praktijk in Aantallen En Volumes Per Verzekerde in België (Analyses En Trends Per Gewest, Provincie En Arrondissement) Voor Het Jaar 2019.” RIZIV – Dienst voor Geneeskundige Verzorging – Directie Onderzoek, Ontwikkeling en Kwaliteitspromotie, Cel Doelmatige Zorg. 2021. https://www.gezondbelgie.be/nl/medische-praktijkvariaties/musculoskeletaal-stelsel/onderste-ledematen/meniscectomie-15-jaar.
Meneghini, R. Michael. 2021. “Techniques and Strategies to Optimize Efficiencies in the Office and Operating Room: Getting Through the Patient Backlog and Preserving Hospital Resources.” The Journal of Arthroplasty 36 (7): S49–51. https://doi.org/10.1016/j.arth.2021.03.010.
Mukherji, Reetu, and John L. Marshall. 2021. “Lessons Learned in Managing Patients with Colorectal Cancer During the COVID-19 Pandemic.” Current Treatment Options in Oncology 22 (10). https://doi.org/10.1007/s11864-021-00888-3.
Siemieniuk, Reed A C, Ian A Harris, Thomas Agoritsas, Rudolf W Poolman, Romina Brignardello-Petersen, Stijn Van de Velde, Rachelle Buchbinder, et al. 2018. “Arthroscopic Surgery for Degenerative Knee Arthritis and Meniscal Tears: A Clinical Practice Guideline.” British Journal of Sports Medicine 52 (5): 313–13. https://doi.org/10.1136/bjsports-2017-j1982rep.
Simpson, Scott A., Ryan M. Loh, Maximilliam Cabrera, Megan Cahn, Anne Gross, Allison Hadley, and Ryan E. Lawrence. 2021. “The Impact of the COVID-19 Pandemic on Psychiatric Emergency Service Volume and Hospital Admissions.” Journal of the Academy of Consultation-Liaison Psychiatry, May. https://doi.org/10.1016/j.jaclp.2021.05.005.
Teja, Salina, Colin Mann, Phil Hooper, Yvonne Buys, and Vivian T. Yin. 2021. “The Canadian Ophthalmology Society’s Adaptation of the Medically Necessary Time-Sensitive Surgical Procedures Triage and Prioritization Tool.” Canadian Journal of Surgery 64 (1): E48–50. https://doi.org/10.1503/cjs.012120.
Van Wambeke, Peter, Anja Desomer, Luc Ailliet, Anne Berquin, Christophe Demoulin, Bart Depreitere, Johan Dewachter, et al. 2017. “Low Back Pain and Radicular Pain: Evaluation and Management.” KCE Reports 287. Brussels: Belgian Health Care Knowledge Centre (KCE). https://kce.fgov.be/en/press-release/kce-press-release-kce-reports-287-low-back-pain-and-radicular-pain-evaluation-and-mana.
Venekamp, Roderick P, Paul Mick, Anne GM Schilder, and Desmond A Nunez. 2018. “Grommets (Ventilation Tubes) for Recurrent Acute Otitis Media in Children.” Cochrane Database of Systematic Reviews 2019 (6). https://doi.org/10.1002/14651858.cd012017.pub2.

  1. Inlooptijd = achterstand / capaciteitsuitbreiding. Bijvoorbeeld: Een achterstand van 15% kan worden weggewerkt indien men gedurende 1 jaar een capaciteitsverhoging van 15% doorvoert, of gedurende 6 maanden een capaciteitsverhoging van 30% doorvoert.↩︎

  2. zie https://www.healthybelgium.be/en/medical-practice-variations↩︎

  3. Mogelijks deels te verklaren door sterk verlaat RSV seizoen (Jenco 2021). Er zijn wel geen Belgische data gevonden die dit staven↩︎